Test

Dit is een popup

Meer dan drie op vier cybercriminelen ontlopen straf

Uit cijfers van het kabinet van Justitie blijkt dat cybercriminelen die aan een gerechtelijke vervolging ontsnappen meer de regel dan de uitzondering zijn.

Cybercriminaliteit is al enkele jaren een stijgend probleem, en niet enkel in België. Steeds meer bedrijven en particulieren lopen vroeg of laat wel eens in een phishing- of ransomwareval. Tijdens de coronacrisis nam het risico enkel maar toe, zo bleek uit een rapport dat Europol in april publiceerde. Meer mensen moesten vanaf thuis werken en maakten ook in hun vrije tijd meer gebruik van online diensten, zonder te weten hoe goed hun netwerk thuis beveiligd is. Een speeltuin voor cybercriminelen.

Maar ons juridisch systeem lijkt nog absoluut niet klaar te zijn om die toename van cybercriminaliteit te bestrijden. Dat blijkt uit cijfers van het kabinet van Justitie voor de jaren 2014 tot en met 2018 die parlementslid Steven Van Hecke (Groen) aan VRT NWS bekend maakte. Elk jaar worden er minstens 20.000 klachten ingediend bij de politie voor internetfraude of andere vormen van cybercriminaliteit. Dat is nog maar klein bier bij de honderdduizenden verdachte mails of sms-berichten die mensen elk jaar bij het Centrum voor Cybersecurity Belgium aangeven.

Toch blijft een groot deel van die aanklachten zonder gevolgen. Drie op vier aanklachten zou onmiddellijk geseponeerd worden. Slechts 7% van de zaken zou effectief voor de rechtbank belanden.

Onvoldoende middelen

Minister van Justitie Koen Geens (CD&V) reageerde ook op die cijfers, en geeft toe dat het beter kan. De voornaamste reden die Geens geeft voor het grote aantal onbestrafte aanklachten is het gebrek aan middelen. De cybercriminaliteitsafdelingen van de meeste politiediensten en parketten zijn simpelweg onderbemand, waardoor ze niet de middelen hebben om cybercriminelen efficiënt te vervolgen. De minister geeft aan dat er nog veel meer moet geïnvesteerd worden in het bestrijden van internetfraude. Overheden worden ook te veel afhankelijk van private spelers voor hun internet wiens beleid inzake gerechtelijke medewerking niet altijd in lijn is met wettelijke vereisten. Een laatste werkpunt is een kader voor betere internationale samenwerking. Dat dat tot vruchtbare resultaten kan leiden, bleek onlangs uit een gezamenlijke missie van Nederlandse, Franse en Britse politie die Cryptochat wisten te hacken.

Die internationale samenwerking zit er wel aan te komen. Het Europees parlement werkt een kader uit voor de uitwisseling van ‘e-evidence’. Dat moet het uitwisselen van bewijsmateriaal tegen cybercriminelen over landsgrenzen heen vlotter doen lopen. De eerste stappen zijn hier vorig jaar al naar gezet. Maar volgens Steven Van Hecke gaan die gesprekken zeer traag, en zou het proces op Europees niveau moeten versneld worden.

Jezelf thuis beter beschermen tegen cybercriminelen? Volg dan deze zeven tips!

Cybercriminaliteit is al enkele jaren een stijgend probleem, en niet enkel in België. Steeds meer bedrijven en particulieren lopen vroeg of laat wel eens in een phishing- of ransomwareval. Tijdens de coronacrisis nam het risico enkel maar toe, zo bleek uit een rapport dat Europol in april publiceerde. Meer mensen moesten vanaf thuis werken en maakten ook in hun vrije tijd meer gebruik van online diensten, zonder te weten hoe goed hun netwerk thuis beveiligd is. Een speeltuin voor cybercriminelen.

Maar ons juridisch systeem lijkt nog absoluut niet klaar te zijn om die toename van cybercriminaliteit te bestrijden. Dat blijkt uit cijfers van het kabinet van Justitie voor de jaren 2014 tot en met 2018 die parlementslid Steven Van Hecke (Groen) aan VRT NWS bekend maakte. Elk jaar worden er minstens 20.000 klachten ingediend bij de politie voor internetfraude of andere vormen van cybercriminaliteit. Dat is nog maar klein bier bij de honderdduizenden verdachte mails of sms-berichten die mensen elk jaar bij het Centrum voor Cybersecurity Belgium aangeven.

Toch blijft een groot deel van die aanklachten zonder gevolgen. Drie op vier aanklachten zou onmiddellijk geseponeerd worden. Slechts 7% van de zaken zou effectief voor de rechtbank belanden.

Onvoldoende middelen

Minister van Justitie Koen Geens (CD&V) reageerde ook op die cijfers, en geeft toe dat het beter kan. De voornaamste reden die Geens geeft voor het grote aantal onbestrafte aanklachten is het gebrek aan middelen. De cybercriminaliteitsafdelingen van de meeste politiediensten en parketten zijn simpelweg onderbemand, waardoor ze niet de middelen hebben om cybercriminelen efficiënt te vervolgen. De minister geeft aan dat er nog veel meer moet geïnvesteerd worden in het bestrijden van internetfraude. Overheden worden ook te veel afhankelijk van private spelers voor hun internet wiens beleid inzake gerechtelijke medewerking niet altijd in lijn is met wettelijke vereisten. Een laatste werkpunt is een kader voor betere internationale samenwerking. Dat dat tot vruchtbare resultaten kan leiden, bleek onlangs uit een gezamenlijke missie van Nederlandse, Franse en Britse politie die Cryptochat wisten te hacken.

Die internationale samenwerking zit er wel aan te komen. Het Europees parlement werkt een kader uit voor de uitwisseling van ‘e-evidence’. Dat moet het uitwisselen van bewijsmateriaal tegen cybercriminelen over landsgrenzen heen vlotter doen lopen. De eerste stappen zijn hier vorig jaar al naar gezet. Maar volgens Steven Van Hecke gaan die gesprekken zeer traag, en zou het proces op Europees niveau moeten versneld worden.

Jezelf thuis beter beschermen tegen cybercriminelen? Volg dan deze zeven tips!

cybercriminaliteitjustitiesecurityzakelijk

Gerelateerde artikelen

Volg ons

ICT Jaarboek 2021-2022 – TechPulse Business

ICT Jaarboek 2021-2022 – TechPulse Business

Bestel nu!