Google voert beperking in op politieke advertenties
Hoe moeten sociale media omgaan met politieke advertenties? Dat is, nu enkele belangrijke verkiezingscampagnes in de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk volop losgebarsten zijn, een heet actueel thema. Facebook, Twitter en Snapchat hebben – ontvangen met wisselende reacties – hun beleid hierrond al uit de doeken gedaan. Van Google hebben we daaromtrent nu ook nieuws gekregen.
In een blogpost legt Google uit welke aanpassingen het wil doorvoeren aan diens beleid rond politieke advertenties. Advertenties op Google bestaan in de vorm van advertenties bij zoekopdrachten, YouTube-advertenties en website-advertenties. De belangrijkste wijziging is dat Google niet langer meer zal toelaten dat advertenties worden verstuurd op basis van politieke voorkeur.
Links of rechts?
Dat betekent dat politici niet meer het ‘linkse’ of ‘rechtse’ publiek doelbewust mogen targetten. Iemands politieke voorkeur wordt dan geschat op basis van zijn of haar zoekopdrachten of bepaalde websites. Dit was bijvoorbeeld in Amerika altijd een heel bewuste strategie. Maar ook in Vlaanderen zijn er voorbeelden van te vinden. Een deel van het succes van Vlaams Belang bij de laatste verkiezingen kan verklaard worden door diens succesvolle advertentiecampagne op Facebook. Daarbij werden profielen die bepaalde nieuwspagina’s volgen ook veel nadrukkelijker blootgesteld aan hun content.
In principe was dat in de meeste landen al wel verboden, maar er was wel een achterpoort. Als partijen een lijst van hun leden doorstuurden naar Google, linkte Google (tegen betaling uiteraard) de leden met hun overeenkomstige Goolgle-accounts zodat de advertentie meer kans kreeg om tot bij hun terecht te komen. Maar Google heeft nu dus zelf beslist daar per direct mee te stoppen. Adverteren op basis van demografische kenmerken zoals leeftijd, geslacht of regio is nog wel toegestaan.
De maatregel zal al heel snel geïmplementeerd worden, zijnde vanaf volgende week in het Verenigd Koninkrijk. Google wil de aanpassingen op tijd doorvoeren voor de parlementaire verkiezingen in december. Overige EU-landen zullen ook dit jaar nog volgen, en in Amerika moet het systeem vanaf 2020 op poten staan.
Transparantie
Google wil ook zijn transparantie verhogen over politieke advertenties. Adverteerders die zich niet aan de nieuwe regels houden, worden opgenomen in het Transparency Report. Dat rapport kan in principe iedereen downloaden.
Als we kijken naar advertentie-inkomsten, maakt dat eigenlijk maar een heel klein deel uit van de business van Google. De bedragen die politici spenderen aan Google-advertenties zijn een stuk lager dan wat ze aan andere media uitgeven. Google houdt hier sinds mei 2018 cijfers van bij. Trump is recordhouder met tot heden 8,5 miljoen dollar (of 7,66 miljoen euro). Maar als je in gedachte houdt dat Google in heel 2018 116 miljard dollar (104,66 miljard euro) inkomsten uit advertenties puurde, is dat bedrag nauwelijks iets waard.
Hoe moeten sociale media omgaan met politieke advertenties? Dat is, nu enkele belangrijke verkiezingscampagnes in de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk volop losgebarsten zijn, een heet actueel thema. Facebook, Twitter en Snapchat hebben – ontvangen met wisselende reacties – hun beleid hierrond al uit de doeken gedaan. Van Google hebben we daaromtrent nu ook nieuws gekregen.
In een blogpost legt Google uit welke aanpassingen het wil doorvoeren aan diens beleid rond politieke advertenties. Advertenties op Google bestaan in de vorm van advertenties bij zoekopdrachten, YouTube-advertenties en website-advertenties. De belangrijkste wijziging is dat Google niet langer meer zal toelaten dat advertenties worden verstuurd op basis van politieke voorkeur.
Links of rechts?
Dat betekent dat politici niet meer het ‘linkse’ of ‘rechtse’ publiek doelbewust mogen targetten. Iemands politieke voorkeur wordt dan geschat op basis van zijn of haar zoekopdrachten of bepaalde websites. Dit was bijvoorbeeld in Amerika altijd een heel bewuste strategie. Maar ook in Vlaanderen zijn er voorbeelden van te vinden. Een deel van het succes van Vlaams Belang bij de laatste verkiezingen kan verklaard worden door diens succesvolle advertentiecampagne op Facebook. Daarbij werden profielen die bepaalde nieuwspagina’s volgen ook veel nadrukkelijker blootgesteld aan hun content.
In principe was dat in de meeste landen al wel verboden, maar er was wel een achterpoort. Als partijen een lijst van hun leden doorstuurden naar Google, linkte Google (tegen betaling uiteraard) de leden met hun overeenkomstige Goolgle-accounts zodat de advertentie meer kans kreeg om tot bij hun terecht te komen. Maar Google heeft nu dus zelf beslist daar per direct mee te stoppen. Adverteren op basis van demografische kenmerken zoals leeftijd, geslacht of regio is nog wel toegestaan.
De maatregel zal al heel snel geïmplementeerd worden, zijnde vanaf volgende week in het Verenigd Koninkrijk. Google wil de aanpassingen op tijd doorvoeren voor de parlementaire verkiezingen in december. Overige EU-landen zullen ook dit jaar nog volgen, en in Amerika moet het systeem vanaf 2020 op poten staan.
Transparantie
Google wil ook zijn transparantie verhogen over politieke advertenties. Adverteerders die zich niet aan de nieuwe regels houden, worden opgenomen in het Transparency Report. Dat rapport kan in principe iedereen downloaden.
Als we kijken naar advertentie-inkomsten, maakt dat eigenlijk maar een heel klein deel uit van de business van Google. De bedragen die politici spenderen aan Google-advertenties zijn een stuk lager dan wat ze aan andere media uitgeven. Google houdt hier sinds mei 2018 cijfers van bij. Trump is recordhouder met tot heden 8,5 miljoen dollar (of 7,66 miljoen euro). Maar als je in gedachte houdt dat Google in heel 2018 116 miljard dollar (104,66 miljard euro) inkomsten uit advertenties puurde, is dat bedrag nauwelijks iets waard.