Nederland krijgt referendum over aftapwet
Op 21 maart 2018 komt een referendum rond de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten (Wiv), die vaak de aftapwet wordt genoemd. Voldoende Nederlanders stuurden een verzoek naar de Nederlandse Kiesraad om het referendum mogelijk te maken. Zelfs wanneer voldoende mensen zich negatief uitlaten over de aftapwet, kan de Nederlandse Overheid kiezen om de wet toch door te voeren.
Privacy
De Wiv moet de bestaande wetgeving vervangen die van 2002 dateert. Bij deze wet moesten onderzoekers steeds persoonsgericht te werk gaan. Grootschalige dataverzameling om een crimineel op te sporen, was niet toegelaten. Bij de nieuwe aftapwet mogen agenten onderzoeksgericht te werk gaan. Ze mogen bijvoorbeeld het internetverkeer van een hele wijk aftappen om zo een crimineel die zich daar schuilhoudt te lokaliseren. Een toetsingscommissie bepaalt wanneer grootschalige dataverzameling mag gebeuren.
Op de wetgeving kwam onmiddellijk erg veel kritiek. Veel mensen vonden dat hun privacy door de Wiv werd geschonden. De Nederlandse organisatie Privacy First liet dan ook weten dat zij een rechtszaak tegen de aftapwet zouden aanspannen. Volgens hen is de wetgeving in strijd met het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens.
Referendum
Enkele studenten van de Universiteit van Amsterdam hebben een actie op poten gezet om een referendum te krijgen. Zo schrijft De Tijd. Ongeveer 384.000 mensen hebben hun handtekening gezet om dat referendum mogelijk te maken, wat boven de vereiste 300.000 stemmen is. De Nederlandse Kiesraad heeft de actie geldig verklaard.
Hoogstwaarschijnlijk zal het referendum op 21 maart 2018 doorgaan, wanneer de Nederlandse gemeenteraadsverkiezingen plaatsvinden. Het referendum is geldig wanneer meer dan 30 procent van de Nederlandse bevolking komt opdagen. De Nederlandse Overheid mag de uitkomst van een referendum naast zich neerleggen.
In de tussentijd heeft Nederland de invoering van de aftapwet een paar maanden uitgesteld. De overheid heeft meer tijd nodig om een toetsingscommissie aan te wijzen. Het uitstellen van de wet heeft dan ook niets met het referendum te maken.
Op 21 maart 2018 komt een referendum rond de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten (Wiv), die vaak de aftapwet wordt genoemd. Voldoende Nederlanders stuurden een verzoek naar de Nederlandse Kiesraad om het referendum mogelijk te maken. Zelfs wanneer voldoende mensen zich negatief uitlaten over de aftapwet, kan de Nederlandse Overheid kiezen om de wet toch door te voeren.
Privacy
De Wiv moet de bestaande wetgeving vervangen die van 2002 dateert. Bij deze wet moesten onderzoekers steeds persoonsgericht te werk gaan. Grootschalige dataverzameling om een crimineel op te sporen, was niet toegelaten. Bij de nieuwe aftapwet mogen agenten onderzoeksgericht te werk gaan. Ze mogen bijvoorbeeld het internetverkeer van een hele wijk aftappen om zo een crimineel die zich daar schuilhoudt te lokaliseren. Een toetsingscommissie bepaalt wanneer grootschalige dataverzameling mag gebeuren.
Op de wetgeving kwam onmiddellijk erg veel kritiek. Veel mensen vonden dat hun privacy door de Wiv werd geschonden. De Nederlandse organisatie Privacy First liet dan ook weten dat zij een rechtszaak tegen de aftapwet zouden aanspannen. Volgens hen is de wetgeving in strijd met het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens.
Referendum
Enkele studenten van de Universiteit van Amsterdam hebben een actie op poten gezet om een referendum te krijgen. Zo schrijft De Tijd. Ongeveer 384.000 mensen hebben hun handtekening gezet om dat referendum mogelijk te maken, wat boven de vereiste 300.000 stemmen is. De Nederlandse Kiesraad heeft de actie geldig verklaard.
Hoogstwaarschijnlijk zal het referendum op 21 maart 2018 doorgaan, wanneer de Nederlandse gemeenteraadsverkiezingen plaatsvinden. Het referendum is geldig wanneer meer dan 30 procent van de Nederlandse bevolking komt opdagen. De Nederlandse Overheid mag de uitkomst van een referendum naast zich neerleggen.
In de tussentijd heeft Nederland de invoering van de aftapwet een paar maanden uitgesteld. De overheid heeft meer tijd nodig om een toetsingscommissie aan te wijzen. Het uitstellen van de wet heeft dan ook niets met het referendum te maken.