Bijna helft van bedrijven krijgt DDoS-aanval
In het afgelopen jaar is ongeveer de helft van alle ondernemingen het slachtoffer geworden van een DDoS-aanval. Dat blijkt uit een enquête van British Telecom. Wereldwijd kreeg 41% van de respondenten met zo’n aanval te maken. Ruim driekwart van hen (78%) lag zelfs minstens twee keer onder vuur.
Het onderzoek van BT liep in elf landen, België en Nederland waren daar niet bij. Het is gebaseerd op 640 interviews met CIO’s van bedrijven met ruim duizend werknemers. Van de Britse bedrijven zei 49% dat ze een plan hadden klaar liggen als ze werden aangevallen. Maar slechts 10% ging ervan uit dat ze over voldoende middelen beschikte om een aanval af te weren.
[related_article id=”161920″]
Kosten: 300.000 euro per dag
Na een aanval stijgt het aantal klachten van klanten met 36%. Gemiddeld duurt het twaalf uur om volledig van een DDoS-aanval te herstellen. Volgens een ander Brits onderzoek (van Neustar) gaat een derde van de bedrijven ervan uit dat een DDoS-aanval hen zeker 300.000 euro per dag kost.
Bij een DDoS-aanval proberen cybercriminelen een webserver uit de lucht te halen door hem zo vaak te benaderen dat legitiem internetverkeer er niet meer door raakt. Vergelijk het met een brievenbus waarin zoveel reclamefolders zitten dat de gewone post er niet meer bij kan.
Het distributed slaat op het feit dat zo’n aanval meestal door een legertje van pc’s wordt uitgevoerd, vaak zonder dat de eigenaars iets in de gaten hebben. Die pc’s zijn dan ook besmet met bepaalde virussen die speciaal voor DDoS-aanvallen zijn gemaakt. De bedrijven die het meest in het vizier lopen zijn banken, internetwinkels en online casino’s – organisaties die tegen een serieus verlies aankijken als hun website plat ligt.
DDoS als dekmantel
Soms is een DDoS-aanval gewoon een dekmantel voor een grotere operatie. Sommige criminele groepen gebruiken zo’n aanval om de aandacht af te leiden van de beveiligingsspecialisten van banken. Terwijl de aanval loopt proberen ze ondertussen de bankrekeningen digitaal te plunderen.
In het afgelopen jaar is ongeveer de helft van alle ondernemingen het slachtoffer geworden van een DDoS-aanval. Dat blijkt uit een enquête van British Telecom. Wereldwijd kreeg 41% van de respondenten met zo’n aanval te maken. Ruim driekwart van hen (78%) lag zelfs minstens twee keer onder vuur.
Het onderzoek van BT liep in elf landen, België en Nederland waren daar niet bij. Het is gebaseerd op 640 interviews met CIO’s van bedrijven met ruim duizend werknemers. Van de Britse bedrijven zei 49% dat ze een plan hadden klaar liggen als ze werden aangevallen. Maar slechts 10% ging ervan uit dat ze over voldoende middelen beschikte om een aanval af te weren.
[related_article id=”161920″]
Kosten: 300.000 euro per dag
Na een aanval stijgt het aantal klachten van klanten met 36%. Gemiddeld duurt het twaalf uur om volledig van een DDoS-aanval te herstellen. Volgens een ander Brits onderzoek (van Neustar) gaat een derde van de bedrijven ervan uit dat een DDoS-aanval hen zeker 300.000 euro per dag kost.
Bij een DDoS-aanval proberen cybercriminelen een webserver uit de lucht te halen door hem zo vaak te benaderen dat legitiem internetverkeer er niet meer door raakt. Vergelijk het met een brievenbus waarin zoveel reclamefolders zitten dat de gewone post er niet meer bij kan.
Het distributed slaat op het feit dat zo’n aanval meestal door een legertje van pc’s wordt uitgevoerd, vaak zonder dat de eigenaars iets in de gaten hebben. Die pc’s zijn dan ook besmet met bepaalde virussen die speciaal voor DDoS-aanvallen zijn gemaakt. De bedrijven die het meest in het vizier lopen zijn banken, internetwinkels en online casino’s – organisaties die tegen een serieus verlies aankijken als hun website plat ligt.
DDoS als dekmantel
Soms is een DDoS-aanval gewoon een dekmantel voor een grotere operatie. Sommige criminele groepen gebruiken zo’n aanval om de aandacht af te leiden van de beveiligingsspecialisten van banken. Terwijl de aanval loopt proberen ze ondertussen de bankrekeningen digitaal te plunderen.