VN-top over toekomst internet leidt tot niets
De conferentie van de VN over de toekomst van het internet dreigt op een sisser te einidgen nu twee kampen lijnrecht tegenover elkaar staan.
Deze week kwamen de leden van de International Telecommunications Union (ITU) samen in Dubai, voor de World Conference on International Communications (WCIT). Het ITU is een gezantschap van de Verenigde Naties dat zich wereldwijd ontfermt over ICT.
Tijdens de WCIT kwamen de 192 lidstaten van de ITU samen om een akkoord te bereiken over een vernieuwde versie van de International Telecommunications Regulations. Dat verdrag dateert al van 1988, en biedt richtlijnen voor het internationaal beleid rond telecommunicatie.
Een aantal lidstaten wilden van deze gelegenheid gebruik maken om een resolutie over het internet in het verdrag te verwerken. De landen in kwestie willen dat het beheer van het internet in handen komt van de ITU.
Dat voorstel kreeg echter veel kritiek uit het kamp van de Verenigde Staten en Europa. Die zijn namelijk bang dat controle door de ITU de vrijheid van het internet aan banden legt. Een groot aantal (autoritaire) lidstaten hebben het immers niet zo hoog op met de vrijheid van meningsuiting.
“Het was nooit de bedoeling dat deze conferentie focuste op het internet,” zei Terry Kramer, de afgevaardigde voor de VS. “Het internet heeft de wereld tijdens de afgelopen 24 jaar onvoorstelbaar veel economische en sociale voordelen opgeleverd, allemaal zonder regulatie door de VN.”
Ondanks dat de Verenigde Staten en andere Westerse landen controle over het internet buiten beschouwing wilden laten in de herwerkte versie van het verdrag, kwam het woensdagavond toch tot een stemming over het al dan niet overdragen van het internet aan de ITU.
Het was de Algerijnse afgevaardigde die de stemronde over het voorstel er probeerde door te duwen. Hij vond daarvoor onder meer steun bij Cuba, Saudi Arabië en Nigeria. Geen van die landen staan bekend om hun respect voor vrijheid van meningsuiting.
Uiteindelijk stemde de meerderheid van de lidstaten, voornamelijk autoritaire regimes, voor de resolutie. Een alliantie van democratische landen, met de Verenigde Staten op kop, verwerpt echter het voorstel en weigert het verdrag te ondertekenen.
Vandaag is de laatste dag van de bijeenkomst. Omdat een meerderheidsstemming binnen de VN niet volstaat, maar er een consensus tussen alle betrokken partijen moet worden bereikt, dreigt de conferentie op een sisser te eindigen en zal er uiteindelijk helemaal niets veranderen aan het document uit 1988.
De conferentie van de VN over de toekomst van het internet dreigt op een sisser te einidgen nu twee kampen lijnrecht tegenover elkaar staan.
Deze week kwamen de leden van de International Telecommunications Union (ITU) samen in Dubai, voor de World Conference on International Communications (WCIT). Het ITU is een gezantschap van de Verenigde Naties dat zich wereldwijd ontfermt over ICT.
Tijdens de WCIT kwamen de 192 lidstaten van de ITU samen om een akkoord te bereiken over een vernieuwde versie van de International Telecommunications Regulations. Dat verdrag dateert al van 1988, en biedt richtlijnen voor het internationaal beleid rond telecommunicatie.
Een aantal lidstaten wilden van deze gelegenheid gebruik maken om een resolutie over het internet in het verdrag te verwerken. De landen in kwestie willen dat het beheer van het internet in handen komt van de ITU.
Dat voorstel kreeg echter veel kritiek uit het kamp van de Verenigde Staten en Europa. Die zijn namelijk bang dat controle door de ITU de vrijheid van het internet aan banden legt. Een groot aantal (autoritaire) lidstaten hebben het immers niet zo hoog op met de vrijheid van meningsuiting.
“Het was nooit de bedoeling dat deze conferentie focuste op het internet,” zei Terry Kramer, de afgevaardigde voor de VS. “Het internet heeft de wereld tijdens de afgelopen 24 jaar onvoorstelbaar veel economische en sociale voordelen opgeleverd, allemaal zonder regulatie door de VN.”
Ondanks dat de Verenigde Staten en andere Westerse landen controle over het internet buiten beschouwing wilden laten in de herwerkte versie van het verdrag, kwam het woensdagavond toch tot een stemming over het al dan niet overdragen van het internet aan de ITU.
Het was de Algerijnse afgevaardigde die de stemronde over het voorstel er probeerde door te duwen. Hij vond daarvoor onder meer steun bij Cuba, Saudi Arabië en Nigeria. Geen van die landen staan bekend om hun respect voor vrijheid van meningsuiting.
Uiteindelijk stemde de meerderheid van de lidstaten, voornamelijk autoritaire regimes, voor de resolutie. Een alliantie van democratische landen, met de Verenigde Staten op kop, verwerpt echter het voorstel en weigert het verdrag te ondertekenen.
Vandaag is de laatste dag van de bijeenkomst. Omdat een meerderheidsstemming binnen de VN niet volstaat, maar er een consensus tussen alle betrokken partijen moet worden bereikt, dreigt de conferentie op een sisser te eindigen en zal er uiteindelijk helemaal niets veranderen aan het document uit 1988.