Nieuwe videocodec tablets nu al zorgenkindje
Na jaren ontwikkeling is de komst van de veelbelovende H.265-videocodec aanstaande. Maar nu al zijn er zorgen over patentdisputen en royaltybetalingen.
Op IBC2012, een jaarlijkse vakbeurs voor de entertainmentsector in Amsterdam wordt een babyshower georganiseerd voor High Efficiency Video Coding (HEVC).
De codec, beter bekend als H.265, is de trotse opvolger van H.264, die de meeste techbedrijven gebruiken voor het afspelen en converteren van video.
De ontwikkelaars van H.265 zeggen dat de codec onmisbaar is voor de evolutie van moderne media. HEVC-technologie levert dezelfde kwaliteit videobeelden als H.264, maar verbruikt daarbij slechts de helft van de bandbreedte.
[related_article id=”161452″]
Dat komt vooral omdat H.265 videobeeldjes opdeelt in blokken van 64 bij 64 pixels, terwijl H.264 kleinere blokjes van 16 bij 16 pixels hanteert.
Volgens het Duitse Fraunhofer Instituut, dat zijn eigen versie van HEVC op de Amsterdamse beurs zal tonen, is de technologie daarnaast in staat om frames op te delen in meerdere vlakken, zodat processors met meerdere kernen de decodering parallel kunnen verwerken.
H.265 kan dus een uitkomst zijn in een tijdperk dat steeds meer gebruikers de mobiele netwerken doen wankelen met het afspelen van gestreamde HD-filmpjes op tablets en smartphones. Maar ook de televisiewereld zou kunnen profiteren van de efficiënte codec.
Ook goed voor televisie
De ontwerpversie laat zien dat HEVC raad weet met resoluties tot 7.680×4.320 pixels, wat een pak hoger ligt dan de in op komst zijnde super HD-resolutie 4K. Daardoor kunnen aanbieders meer kwaliteit bieden aan hun kijkers zonder het aantal zenders te hoeven verlagen.
Hoewel HEVC op technisch vlak veelbelovend is, zijn veel bedrijven huiverig over de licentieperikelen die de codec met zich meebrengt. Daarbij is vooral de rol van MPEG LA belangrijk, een consortium dat houders van videogerelateerde patenten samenbrengt en een gezamenlijke licentie aanbiedt aan de bedrijven die deze technologie willen gebruiken.
Een van de belangrijkste troeven van MPEG LA is het eerder genoemde H.264. Deze codec wordt gebruikt in de meeste moderne apparaten en honderden bedrijven betalen voor het gebruik van de overkoepelende licentie.
Apple en Microsoft zijn lid van dit consortium en krijgen een deel van de geïnde licentiegelden. Tegelijkertijd betalen zij MPEG LA om zelf de H.264-codec te mogen gebruiken.
Licentieperikelen
Maar lidmaatschap van MPEG LA betekent niet dat H.264 vervolgens onbezorgd kan worden gebruikt: Motorola Mobility heeft een tijdelijk verkoopverbod in Duitsland afgedwongen voor Microsoft-producten, omdat de softwaremaker inbreuk zou maken op zijn eigen H.264-gerelateerde patenten.
Google speelt een dubbele rol in het voortdurende geharrewar over codecs. Aan de ene kant is het al enkele jaren bezig om met de royaltyvrije codec VP8 een alternatief te bieden voor het zwaar gepatenteerde H.264.
VP8 wil echter maar niet aan populariteit winnen en Google heeft daarom uit praktische reden besloten om ondersteuning voor H.264 voorlopig in zijn Chrome-browser te houden.
Tegelijk eist Google via zijn dochter Motorola Mobility dus enorme bedragen van Microsoft voor het oneigenlijk gebruik van zijn H.264-patenten in onder meer Windows 7 en de Xbox 360.
Opensource
Ook opensourcebedrijven als Mozilla hebben grote moeite met de H.264-codec, omdat diens licentievoorwaarden in conflict zijn met de eigen open-source licenties. Het was daarom een groot voorstander van VP8, maar door de geringe populariteit is het uiteindelijk morrend begonnen met de ondersteuning van H.264 in de Firefox-browser.
Om rechtszaken te vermijden levert Mozilla zijn Firefox-browser echter niet direct met H.264. Alleen op de besturingssystemen waar de codec al aanwezig is -iOS, Android, OS X en Windows 7- gebruikt de browser de technologie voor het verwerken van video.
Kopzorgen
MPEG LA heeft afgelopen juni al een open oproep gedaan (PDF) aan patenthouders om naar voren te komen met beschermde technologieën die volgens hen essentieel zijn voor het gebruik van H.265.
Maar gezien de huidige perikelen met voorganger H.264 zullen bedrijven minder snel geneigd zijn om over te stappen. Technologisch gezien is H.265 weliswaar een sprong vooruit, maar de kopzorgen die HEVC met zich meebrengt, kunnen veel van hen missen als kiespijn.
Na jaren ontwikkeling is de komst van de veelbelovende H.265-videocodec aanstaande. Maar nu al zijn er zorgen over patentdisputen en royaltybetalingen.
Op IBC2012, een jaarlijkse vakbeurs voor de entertainmentsector in Amsterdam wordt een babyshower georganiseerd voor High Efficiency Video Coding (HEVC).
De codec, beter bekend als H.265, is de trotse opvolger van H.264, die de meeste techbedrijven gebruiken voor het afspelen en converteren van video.
De ontwikkelaars van H.265 zeggen dat de codec onmisbaar is voor de evolutie van moderne media. HEVC-technologie levert dezelfde kwaliteit videobeelden als H.264, maar verbruikt daarbij slechts de helft van de bandbreedte.
[related_article id=”161452″]
Dat komt vooral omdat H.265 videobeeldjes opdeelt in blokken van 64 bij 64 pixels, terwijl H.264 kleinere blokjes van 16 bij 16 pixels hanteert.
Volgens het Duitse Fraunhofer Instituut, dat zijn eigen versie van HEVC op de Amsterdamse beurs zal tonen, is de technologie daarnaast in staat om frames op te delen in meerdere vlakken, zodat processors met meerdere kernen de decodering parallel kunnen verwerken.
H.265 kan dus een uitkomst zijn in een tijdperk dat steeds meer gebruikers de mobiele netwerken doen wankelen met het afspelen van gestreamde HD-filmpjes op tablets en smartphones. Maar ook de televisiewereld zou kunnen profiteren van de efficiënte codec.
Ook goed voor televisie
De ontwerpversie laat zien dat HEVC raad weet met resoluties tot 7.680×4.320 pixels, wat een pak hoger ligt dan de in op komst zijnde super HD-resolutie 4K. Daardoor kunnen aanbieders meer kwaliteit bieden aan hun kijkers zonder het aantal zenders te hoeven verlagen.
Hoewel HEVC op technisch vlak veelbelovend is, zijn veel bedrijven huiverig over de licentieperikelen die de codec met zich meebrengt. Daarbij is vooral de rol van MPEG LA belangrijk, een consortium dat houders van videogerelateerde patenten samenbrengt en een gezamenlijke licentie aanbiedt aan de bedrijven die deze technologie willen gebruiken.
Een van de belangrijkste troeven van MPEG LA is het eerder genoemde H.264. Deze codec wordt gebruikt in de meeste moderne apparaten en honderden bedrijven betalen voor het gebruik van de overkoepelende licentie.
Apple en Microsoft zijn lid van dit consortium en krijgen een deel van de geïnde licentiegelden. Tegelijkertijd betalen zij MPEG LA om zelf de H.264-codec te mogen gebruiken.
Licentieperikelen
Maar lidmaatschap van MPEG LA betekent niet dat H.264 vervolgens onbezorgd kan worden gebruikt: Motorola Mobility heeft een tijdelijk verkoopverbod in Duitsland afgedwongen voor Microsoft-producten, omdat de softwaremaker inbreuk zou maken op zijn eigen H.264-gerelateerde patenten.
Google speelt een dubbele rol in het voortdurende geharrewar over codecs. Aan de ene kant is het al enkele jaren bezig om met de royaltyvrije codec VP8 een alternatief te bieden voor het zwaar gepatenteerde H.264.
VP8 wil echter maar niet aan populariteit winnen en Google heeft daarom uit praktische reden besloten om ondersteuning voor H.264 voorlopig in zijn Chrome-browser te houden.
Tegelijk eist Google via zijn dochter Motorola Mobility dus enorme bedragen van Microsoft voor het oneigenlijk gebruik van zijn H.264-patenten in onder meer Windows 7 en de Xbox 360.
Opensource
Ook opensourcebedrijven als Mozilla hebben grote moeite met de H.264-codec, omdat diens licentievoorwaarden in conflict zijn met de eigen open-source licenties. Het was daarom een groot voorstander van VP8, maar door de geringe populariteit is het uiteindelijk morrend begonnen met de ondersteuning van H.264 in de Firefox-browser.
Om rechtszaken te vermijden levert Mozilla zijn Firefox-browser echter niet direct met H.264. Alleen op de besturingssystemen waar de codec al aanwezig is -iOS, Android, OS X en Windows 7- gebruikt de browser de technologie voor het verwerken van video.
Kopzorgen
MPEG LA heeft afgelopen juni al een open oproep gedaan (PDF) aan patenthouders om naar voren te komen met beschermde technologieën die volgens hen essentieel zijn voor het gebruik van H.265.
Maar gezien de huidige perikelen met voorganger H.264 zullen bedrijven minder snel geneigd zijn om over te stappen. Technologisch gezien is H.265 weliswaar een sprong vooruit, maar de kopzorgen die HEVC met zich meebrengt, kunnen veel van hen missen als kiespijn.