Syrië verbiedt iPhone
In een poging om de Syrische opstand het hoofd te bieden, verbiedt het regime van president Bashar al-Assad nu ook de iPhone van Apple.
Eind vorige week begon via Facebook een document te circuleren waarin het departement Douane van het Syrische ministerie van Financiën stelt dat "het gebruik van de iPhone wordt verboden wegens zijn verboden eigenschappen, die zijn verbannen door het algemene bedrijf voor telecommunicatie". Verdere details worden niet gegeven.
Aanvankelijk werd nog gedacht aan een grap, maar Syrische activisten bevestigen dat het iPhoneverbod wel degelijk is ingevoerd. Blijkbaar gaat het om de volgende poging van het regime van Bashar al Assad om elke communicatie over de volksopstand in Syrië, die al bijna negen maanden woedt en minstens vierduizend dodelijke slachtoffers heeft geëist, onmogelijk te maken.
Andere smartphones mogen wel nog
"Het verbod geldt niet voor alle smartphones, alleen voor de iPhone van Apple", vertelt een opstandeling aan De Standaard. Activisten vermoeden dat de veiligheidsdiensten het aantal nieuwe apps op de iPhone niet kunnen volgen en zich daarmee bedreigd voelen in hun traditionele mogelijkheden om alle telefoon- en internetverkeer in Syrië te bespioneren. Wie nog een iPhone blijft gebruiken, riskeert vervolging.
Het regime van Assad houdt sinds het begin van de volksopstand in maart de meeste buitenlandse media zorgvuldig buiten, of kort aan de lijn. Het internet in Syrië kampt geregeld met storingen en vertragingen. De voordien gretig gebruikte 3G-sticks voor mobiel internetgebruik werken niet meer, en ook satelliettelefoons werden al kort na het begin van de revolte verboden.
Jobs was halve Syriër
Of het iPhone-verbod succes zal kennen, is nog de vraag. De ironie wil dat door de hoge prijs van het toestel – dat in Syrië al gauw meer dan 400 euro kost, het maandloon van een doorsnee-ambtenaar – vooral de twintigers en dertigers van de regimegetrouwe upper class iPhone-bezitters zijn.
Ook een ander ironisch aspect van het iPhoneverbod is de Syriërs niet ontgaan. Toen Apple-topman Steve Jobs in oktober overleed, waren de Syriërs en hun media er als de kippen bij om te benadrukken dat Jobs een halve Syriër was. Jobs" biologische vader, met wie hij geen contact had, heet Abdulfattah John Jandali (80) en is een Amerikaanse immigrant die werd geboren in de Syrische stad Homs.
Die stad is nu een van de brandpunten van de volksopstand. "Niet verwonderlijk dat het regime de iPhone verbiedt", grapte een Syriër gisteren op Facebook. "Het ding is uitgevonden in Homs."
In een poging om de Syrische opstand het hoofd te bieden, verbiedt het regime van president Bashar al-Assad nu ook de iPhone van Apple.
Eind vorige week begon via Facebook een document te circuleren waarin het departement Douane van het Syrische ministerie van Financiën stelt dat "het gebruik van de iPhone wordt verboden wegens zijn verboden eigenschappen, die zijn verbannen door het algemene bedrijf voor telecommunicatie". Verdere details worden niet gegeven.
Aanvankelijk werd nog gedacht aan een grap, maar Syrische activisten bevestigen dat het iPhoneverbod wel degelijk is ingevoerd. Blijkbaar gaat het om de volgende poging van het regime van Bashar al Assad om elke communicatie over de volksopstand in Syrië, die al bijna negen maanden woedt en minstens vierduizend dodelijke slachtoffers heeft geëist, onmogelijk te maken.
Andere smartphones mogen wel nog
"Het verbod geldt niet voor alle smartphones, alleen voor de iPhone van Apple", vertelt een opstandeling aan De Standaard. Activisten vermoeden dat de veiligheidsdiensten het aantal nieuwe apps op de iPhone niet kunnen volgen en zich daarmee bedreigd voelen in hun traditionele mogelijkheden om alle telefoon- en internetverkeer in Syrië te bespioneren. Wie nog een iPhone blijft gebruiken, riskeert vervolging.
Het regime van Assad houdt sinds het begin van de volksopstand in maart de meeste buitenlandse media zorgvuldig buiten, of kort aan de lijn. Het internet in Syrië kampt geregeld met storingen en vertragingen. De voordien gretig gebruikte 3G-sticks voor mobiel internetgebruik werken niet meer, en ook satelliettelefoons werden al kort na het begin van de revolte verboden.
Jobs was halve Syriër
Of het iPhone-verbod succes zal kennen, is nog de vraag. De ironie wil dat door de hoge prijs van het toestel – dat in Syrië al gauw meer dan 400 euro kost, het maandloon van een doorsnee-ambtenaar – vooral de twintigers en dertigers van de regimegetrouwe upper class iPhone-bezitters zijn.
Ook een ander ironisch aspect van het iPhoneverbod is de Syriërs niet ontgaan. Toen Apple-topman Steve Jobs in oktober overleed, waren de Syriërs en hun media er als de kippen bij om te benadrukken dat Jobs een halve Syriër was. Jobs" biologische vader, met wie hij geen contact had, heet Abdulfattah John Jandali (80) en is een Amerikaanse immigrant die werd geboren in de Syrische stad Homs.
Die stad is nu een van de brandpunten van de volksopstand. "Niet verwonderlijk dat het regime de iPhone verbiedt", grapte een Syriër gisteren op Facebook. "Het ding is uitgevonden in Homs."