Base verliest oude ruzie met Belgacom

Belgacom is vrijgesproken door het auditoriaat van de Raad voor de Mededinging. De raad heeft een klacht uit 2004 van Base rond de mobiele terminatietarieven verworpen.

De uitspraak dateert van 24 december, maar verscheen gisteren pas in het Staatsblad. De klacht gaat over de periode 1999 tot 2004. Hierbij zou Belgacom volgens Base misbruik hebben gemaakt van zijn dominante positie.

Concreet gaat het om de mobiele terminatietarieven voor het buitenland. Dat zijn de kosten die operatoren aanrekenen voor gebruik van elkaars netwerk. Belgacom fungeerde hier als tussenbedrijf voor de gesprekken van Base naar het buitenland. Volgens Base waren de tarieven die Belgacom aan buitenlandse operatoren moest betalen echter lager dan wat Base aan Belgacom moest ophoesten.

De Raad voor de Mededinging is nu van oordeel dat de klacht ongegrond is. Zo kon Base zelfs voordeel halen uit de situatie, stelt de raad. “Base is niet altijd de arme sympathieke operator die het zelf zegt te zijn”, merkt Belgacom op in een reactie. “Een klacht indienen wil niet zeggen dat er ook schuld is.”

Onmiddellijk gestopt
Base nuanceert de beslissing op zijn beurt. Zo is Belgacom onmiddellijk gestopt met de praktijken nadat de klacht werd neergelegd in 2004. Bovendien is de zaak zes jaar na de feiten “oud en impactloos”, aldus Base.

Andere klacht
De operator met Nederlandse roots kijkt nu vooral uit naar een andere uitspraak van de Raad voor de Mededinging. Hierbij zou Belgacom voor de vaste lijn hogere terminatietarieven aanrekenen aan zijn concurrenten, hoger dan de tarieven voor de eigen klanten.

Eind september zei de Raad al dat Belgacom wurgprijzen hanteert. Door te hoge terminatietarieven kan de meest dominante speler immers de prijzen van zijn concurrenten mee de hoogte injagen. In de loop van april wordt de definitieve uitspraak verwacht.

Belgacom is vrijgesproken door het auditoriaat van de Raad voor de Mededinging. De raad heeft een klacht uit 2004 van Base rond de mobiele terminatietarieven verworpen.

De uitspraak dateert van 24 december, maar verscheen gisteren pas in het Staatsblad. De klacht gaat over de periode 1999 tot 2004. Hierbij zou Belgacom volgens Base misbruik hebben gemaakt van zijn dominante positie.

Concreet gaat het om de mobiele terminatietarieven voor het buitenland. Dat zijn de kosten die operatoren aanrekenen voor gebruik van elkaars netwerk. Belgacom fungeerde hier als tussenbedrijf voor de gesprekken van Base naar het buitenland. Volgens Base waren de tarieven die Belgacom aan buitenlandse operatoren moest betalen echter lager dan wat Base aan Belgacom moest ophoesten.

De Raad voor de Mededinging is nu van oordeel dat de klacht ongegrond is. Zo kon Base zelfs voordeel halen uit de situatie, stelt de raad. “Base is niet altijd de arme sympathieke operator die het zelf zegt te zijn”, merkt Belgacom op in een reactie. “Een klacht indienen wil niet zeggen dat er ook schuld is.”

Onmiddellijk gestopt
Base nuanceert de beslissing op zijn beurt. Zo is Belgacom onmiddellijk gestopt met de praktijken nadat de klacht werd neergelegd in 2004. Bovendien is de zaak zes jaar na de feiten “oud en impactloos”, aldus Base.

Andere klacht
De operator met Nederlandse roots kijkt nu vooral uit naar een andere uitspraak van de Raad voor de Mededinging. Hierbij zou Belgacom voor de vaste lijn hogere terminatietarieven aanrekenen aan zijn concurrenten, hoger dan de tarieven voor de eigen klanten.

Eind september zei de Raad al dat Belgacom wurgprijzen hanteert. Door te hoge terminatietarieven kan de meest dominante speler immers de prijzen van zijn concurrenten mee de hoogte injagen. In de loop van april wordt de definitieve uitspraak verwacht.