Ook in België kun je nu zelf je iPhone repareren
Apple weerhield gebruikers jarenlang van de optie om zelf hun iPhone of MacBook te repareren. Dat tijdperk werd dit jaar afgesloten met de komst van het Self Service-reparatieprogramma. Is je iPhone plots onbruikbaar omdat het scherm gebroken is, dan hoef je daarvoor niet meer naar de winkels van Apple.
Tenminste, dat gold sinds april voor gebruikers in de Verenigde Staten. Vanaf heden geldt dat ook voor België. Apple lanceert hier zijn Self Service-programma voor de iPhone 12 en 13, en recente MacBooks met M-processoren.
Apple Self Service-reparatieprogramma
Het aanbod van het Self Service-programma bestaat uit ruwweg 200 onderdelen, gereedschap en de benodigde reparatiehandleidingen. Hiermee kun je de belangrijkste reparaties vanuit huis uitvoeren, mits je daarvoor de benodigde kennis in huis hebt. Apple benadrukt immers dat de reparaties van de Apple-toestellen “ervaring met complexe reparaties van elektronische apparaten” vereist. Apple ziet het Self Service-programma ook niet als optie om je apparaten goedkoper te repareren. De kosten – na eventuele teruggave als je oude onderdelen terugstuurt – zijn namelijk gelijk aan die bij een Apple Authorized Repair-reparateur.
Het grote voordeel is dat je niet naar zo’n locatie hoeft te reizen én natuurlijk geen loonkosten van de reparatiewinkel hoeft te betalen. Tegelijk komt dat wel met een tegenkost. Het repareren van de verschillende iPhones en MacBooks vereist immers specifiek gereedschap. Je kan deze aanschaffen via Apple, maar een huuroptie bestaat ook. Die kost bedraagt 59,95 euro voor één week. Apple haalt de apparatuur na die week gratis bij je op.
Het gereedschap en de handleidingen die je in het Self Service-programma gebruikt, zijn gelijk aan hetgeen dat Apple aan geautoriseerde reparateurs verstrekt. Dit betekent ook dat reparaties nadien, via een daarvoor bestemde telefoonlijn, worden gecontroleerd en geactiveerd. Hiermee wordt jouw iPhone of MacBook-onderdeel voor authentiek aangezien.
Uitbreiding Apple-serviceprogramma
Apple ziet deze dienst vooral als tegemoetkoming aan de right to repair-beweging. Deze beweging is van mening dat klanten die een apparaat hebben aangeschaft, dat zelf moeten kunnen repareren. De komst van de Self Service-kit is daarvoor een eerste stap in de goede richting, maar met de kost voor het benodigde gereedschap ben je mogelijk wel duurder uit dan bij een serviceprovider van Apple.
Een goede zaak voor Apple, dat zijn Independent Repair Providers- en Apple-serviceproviders-netwerk de afgelopen jaren flink heeft uitgebreid. Inmiddels zijn er wereldwijd 4.000 onafhankelijke reparateurs en 5.000 geautoriseerde serviceproviders actief voor het repareren van Apple-producten. Volgens de Amerikaanse techgigant een verdubbeling ten opzichte van drie jaar geleden.
Apple weerhield gebruikers jarenlang van de optie om zelf hun iPhone of MacBook te repareren. Dat tijdperk werd dit jaar afgesloten met de komst van het Self Service-reparatieprogramma. Is je iPhone plots onbruikbaar omdat het scherm gebroken is, dan hoef je daarvoor niet meer naar de winkels van Apple.
Tenminste, dat gold sinds april voor gebruikers in de Verenigde Staten. Vanaf heden geldt dat ook voor België. Apple lanceert hier zijn Self Service-programma voor de iPhone 12 en 13, en recente MacBooks met M-processoren.
Apple Self Service-reparatieprogramma
Het aanbod van het Self Service-programma bestaat uit ruwweg 200 onderdelen, gereedschap en de benodigde reparatiehandleidingen. Hiermee kun je de belangrijkste reparaties vanuit huis uitvoeren, mits je daarvoor de benodigde kennis in huis hebt. Apple benadrukt immers dat de reparaties van de Apple-toestellen “ervaring met complexe reparaties van elektronische apparaten” vereist. Apple ziet het Self Service-programma ook niet als optie om je apparaten goedkoper te repareren. De kosten – na eventuele teruggave als je oude onderdelen terugstuurt – zijn namelijk gelijk aan die bij een Apple Authorized Repair-reparateur.
Het grote voordeel is dat je niet naar zo’n locatie hoeft te reizen én natuurlijk geen loonkosten van de reparatiewinkel hoeft te betalen. Tegelijk komt dat wel met een tegenkost. Het repareren van de verschillende iPhones en MacBooks vereist immers specifiek gereedschap. Je kan deze aanschaffen via Apple, maar een huuroptie bestaat ook. Die kost bedraagt 59,95 euro voor één week. Apple haalt de apparatuur na die week gratis bij je op.
Het gereedschap en de handleidingen die je in het Self Service-programma gebruikt, zijn gelijk aan hetgeen dat Apple aan geautoriseerde reparateurs verstrekt. Dit betekent ook dat reparaties nadien, via een daarvoor bestemde telefoonlijn, worden gecontroleerd en geactiveerd. Hiermee wordt jouw iPhone of MacBook-onderdeel voor authentiek aangezien.
Uitbreiding Apple-serviceprogramma
Apple ziet deze dienst vooral als tegemoetkoming aan de right to repair-beweging. Deze beweging is van mening dat klanten die een apparaat hebben aangeschaft, dat zelf moeten kunnen repareren. De komst van de Self Service-kit is daarvoor een eerste stap in de goede richting, maar met de kost voor het benodigde gereedschap ben je mogelijk wel duurder uit dan bij een serviceprovider van Apple.
Een goede zaak voor Apple, dat zijn Independent Repair Providers- en Apple-serviceproviders-netwerk de afgelopen jaren flink heeft uitgebreid. Inmiddels zijn er wereldwijd 4.000 onafhankelijke reparateurs en 5.000 geautoriseerde serviceproviders actief voor het repareren van Apple-producten. Volgens de Amerikaanse techgigant een verdubbeling ten opzichte van drie jaar geleden.
