Devside krijgt de opdracht om corona-app te maken
Het Interfederaal Comité voor Testing & Tracing dat de contactopsporingen leidt, maakte gisteren bekend dat het Brusselse softwarebedrijf Devside de verantwoordelijkheid krijgt om de corona-app voor ons land te ontwikkelen. Devside troefde in het felbegeerde dossier enkele grote namen zoals Proximus en SAP af.
Een heel opmerkelijke keuze, gezien Devside tot voor kort onbekend was. Volgens de LinkedIn-pagina zou het bedrijf slechts vijf werknemers tellen. Ook op andere sociale media zoals Facebook en Twitter zijn er nauwelijks sporen van het bedrijf te vinden; het heeft één like op Facebook en drie volgers op Twitter. Op de website zien we bij de klanten wel enkele grote namens zoals BNP Paribas, BMW, Pizzahut en Engie staan. Toch is dit met afstand het grootste project dat het bedrijf al heeft weten binnenhalen. De stichter van Devside is de serieondernemer Jean-Paul de Ville de Goyet, wiens bekendste project wellicht de Troty-deelsteps zijn.
Goedkope optie
Dat de overheid kiest voor een nobele onbekende, kon op heel wat kritiek stuiten (zie tweet hierboven). Luc Blyaert, technologie-expert en voormalig hoofdredacteur van DataNews, vermoedt dat Devside vooral omwille van financiële redenen een interessante keuze is. Dat vertelt hij tegen De Standaard. Door met Devside in zee te gaan, kan de federale regering de kostprijs voor de ontwikkeling van de app onder een miljoen euro houden. Dat is veel goedkoper dan de opdracht aan bijvoorbeeld SAP geven. De Duitse regering betaalde 20 miljoen euro. Blyaert is van mening dat kostprijs wel geen factor zou mogen zijn bij beslissingen die mensenlevens kunnen redden.
Professor Luc Preneel die mee in de jury zat om het project toe te wijzen verdedigde de keuze voor Devside tijdens een radio-interview met Radio 1. Devside legde simpelweg het beste dossier voor, en het bedrijf heeft ook veel ervaring met de ontwikkeling van api’s. De app zal opgebouwd worden uit het DP3T-protocol waaruit ook de Duitse corona-app voortkwam. Het protocol is afgeleid van de api die Google en Apple samen ontwikkelden. Devside zal samenwerken met het Mechelse Ixor, dat instaat voor de backend van de app.
1 september of later?
Of Devside nu een juiste keuze is of niet, dat zal moeten blijken. Er moet in ieder geval snel een corona-app komen. Het aantal besmettingen is al twee weken opnieuw aan het stijgen, en enkele maatregelen zijn opnieuw aangescherpt. De implementatie van een efficiënte en privacyvriendelijke contact tracing-app kan cruciaal zijn om in deze fase een tweede lockdown te voorkomen.
De vooropgestelde deadline van 1 september zal vermoedelijk wel niet gehaald worden. Dat zegt Preneel zelf tegen De Tijd. Op moment van lancering moet de app volledig klaar zijn voor gebruik om mensen te kunnen overtuigen ze te installeren. Gezien de app ook nog de nodige tests moet doorstaan, zal zeven weken wellicht wat te krap zijn. Preneel rekent op een lancering ergens half of eind september.
Het Interfederaal Comité voor Testing & Tracing dat de contactopsporingen leidt, maakte gisteren bekend dat het Brusselse softwarebedrijf Devside de verantwoordelijkheid krijgt om de corona-app voor ons land te ontwikkelen. Devside troefde in het felbegeerde dossier enkele grote namen zoals Proximus en SAP af.
Een heel opmerkelijke keuze, gezien Devside tot voor kort onbekend was. Volgens de LinkedIn-pagina zou het bedrijf slechts vijf werknemers tellen. Ook op andere sociale media zoals Facebook en Twitter zijn er nauwelijks sporen van het bedrijf te vinden; het heeft één like op Facebook en drie volgers op Twitter. Op de website zien we bij de klanten wel enkele grote namens zoals BNP Paribas, BMW, Pizzahut en Engie staan. Toch is dit met afstand het grootste project dat het bedrijf al heeft weten binnenhalen. De stichter van Devside is de serieondernemer Jean-Paul de Ville de Goyet, wiens bekendste project wellicht de Troty-deelsteps zijn.
Goedkope optie
Dat de overheid kiest voor een nobele onbekende, kon op heel wat kritiek stuiten (zie tweet hierboven). Luc Blyaert, technologie-expert en voormalig hoofdredacteur van DataNews, vermoedt dat Devside vooral omwille van financiële redenen een interessante keuze is. Dat vertelt hij tegen De Standaard. Door met Devside in zee te gaan, kan de federale regering de kostprijs voor de ontwikkeling van de app onder een miljoen euro houden. Dat is veel goedkoper dan de opdracht aan bijvoorbeeld SAP geven. De Duitse regering betaalde 20 miljoen euro. Blyaert is van mening dat kostprijs wel geen factor zou mogen zijn bij beslissingen die mensenlevens kunnen redden.
Professor Luc Preneel die mee in de jury zat om het project toe te wijzen verdedigde de keuze voor Devside tijdens een radio-interview met Radio 1. Devside legde simpelweg het beste dossier voor, en het bedrijf heeft ook veel ervaring met de ontwikkeling van api’s. De app zal opgebouwd worden uit het DP3T-protocol waaruit ook de Duitse corona-app voortkwam. Het protocol is afgeleid van de api die Google en Apple samen ontwikkelden. Devside zal samenwerken met het Mechelse Ixor, dat instaat voor de backend van de app.
1 september of later?
Of Devside nu een juiste keuze is of niet, dat zal moeten blijken. Er moet in ieder geval snel een corona-app komen. Het aantal besmettingen is al twee weken opnieuw aan het stijgen, en enkele maatregelen zijn opnieuw aangescherpt. De implementatie van een efficiënte en privacyvriendelijke contact tracing-app kan cruciaal zijn om in deze fase een tweede lockdown te voorkomen.
De vooropgestelde deadline van 1 september zal vermoedelijk wel niet gehaald worden. Dat zegt Preneel zelf tegen De Tijd. Op moment van lancering moet de app volledig klaar zijn voor gebruik om mensen te kunnen overtuigen ze te installeren. Gezien de app ook nog de nodige tests moet doorstaan, zal zeven weken wellicht wat te krap zijn. Preneel rekent op een lancering ergens half of eind september.