Regering keurt controversiële vingerafdruk op identiteitskaart goed
De ministerraad van de federale regering gaf vandaag groen licht voor het wetsvoorstel om vingerafdrukken verplicht onderdeel te maken van de identiteitskaart. Het nieuws was vanmiddag te zien in Het Journaal en vtmnieuws. Dat voorstel kwam er onder leiding van minister van Binnenlandse Zaken Pieter De Crem. Die was hier erg voorstander van, omdat het volgens hem de strijd tegen fraude en terrorisme zal vergemakkelijken.
Voorlopig gaat het nog maar om een pilootfase. Eind dit jaar zullen enkele gemeenten hier al mee starten. De regering maakte een lijst van zo’n 25 gemeenten bekend. Daar zitten onder andere Brussel, Leuven, Charleroi, Oostende en Aalst bij. Het wetsontwerp moet ook eerst nog langs de Raad van State passeren vooraleer het officieel in de grondwet kan opgenomen worden. Als deze testfase goed verloopt, hoopt de Belgische regering het zo snel mogelijk in alle gemeenten te introduceren.
Niet iedereen voorstander van de wet
Het wetsvoorstel werd eigenlijk al in november goedgekeurd door de regering. Door vele obstakels is de wet er pas vandaag kunnen doorkomen. Eind vorig jaar ging de regering van Michel in lopende zaken na de politieke crisis rond het Marrakechpact. Daardoor werd besloten het wetsvoorstel sowieso al uit te stellen tot na de verkiezingen.
In tussentijd steeg ook het protest tegen het wetsontwerp. Onderzoekers van KU Leuven kraakten het volledig af. Zij noemen het voorstel van De Crem ‘overbodig, onduidelijk, disproportioneel en vooral risicovol’. Zij wezen vooral op een inbreuk op de privacy van burgers. De Crem benadrukt dat de bemerkingen van de onderzoekers in achting werden genomen. Hij voegt er aan toe dat de nodige maatregel zijn genomen om de bescherming van persoonlijke gegevens te garanderen. De data zullen slechts 3 maanden worden bijgehouden op een centrale databank die ook het rijksregister en de verkiezingsdata bewaakt.
De ministerraad van de federale regering gaf vandaag groen licht voor het wetsvoorstel om vingerafdrukken verplicht onderdeel te maken van de identiteitskaart. Het nieuws was vanmiddag te zien in Het Journaal en vtmnieuws. Dat voorstel kwam er onder leiding van minister van Binnenlandse Zaken Pieter De Crem. Die was hier erg voorstander van, omdat het volgens hem de strijd tegen fraude en terrorisme zal vergemakkelijken.
Voorlopig gaat het nog maar om een pilootfase. Eind dit jaar zullen enkele gemeenten hier al mee starten. De regering maakte een lijst van zo’n 25 gemeenten bekend. Daar zitten onder andere Brussel, Leuven, Charleroi, Oostende en Aalst bij. Het wetsontwerp moet ook eerst nog langs de Raad van State passeren vooraleer het officieel in de grondwet kan opgenomen worden. Als deze testfase goed verloopt, hoopt de Belgische regering het zo snel mogelijk in alle gemeenten te introduceren.
Niet iedereen voorstander van de wet
Het wetsvoorstel werd eigenlijk al in november goedgekeurd door de regering. Door vele obstakels is de wet er pas vandaag kunnen doorkomen. Eind vorig jaar ging de regering van Michel in lopende zaken na de politieke crisis rond het Marrakechpact. Daardoor werd besloten het wetsvoorstel sowieso al uit te stellen tot na de verkiezingen.
In tussentijd steeg ook het protest tegen het wetsontwerp. Onderzoekers van KU Leuven kraakten het volledig af. Zij noemen het voorstel van De Crem ‘overbodig, onduidelijk, disproportioneel en vooral risicovol’. Zij wezen vooral op een inbreuk op de privacy van burgers. De Crem benadrukt dat de bemerkingen van de onderzoekers in achting werden genomen. Hij voegt er aan toe dat de nodige maatregel zijn genomen om de bescherming van persoonlijke gegevens te garanderen. De data zullen slechts 3 maanden worden bijgehouden op een centrale databank die ook het rijksregister en de verkiezingsdata bewaakt.