Aanpasbare Google-smartphone komt in januari
De eerste modulaire Ara-telefoon van Google, waarbij je zelf gemakkelijk componenten kan vervangen, zal letterlijk en figuurlijk grijs zijn. Dat heeft Paul Eremenko van Google gezegd op een conferentie voor potentiële ontwikkelaars voor Ara.
Grijs, omdat het de bedoeling is dat gebruikers het ding compleet gaan aanpassen aan hun eigen smaak. Het basismodel moet in januari 2015 op de markt komen en rond de 50 dollar gaan kosten.
[related_article id=”158901″]
Van Darpa naar Ara
Project Ara is een van de ideeën die voortkomen uit de ATAP-divisie bij Google, Advanced Technology and Projects. ATAP, dat Google uit Motorola haalde bij de verkoop aan Lenovo, wordt geleid door Regina Dugan. Dat is een oudgediende van Darpa, het onderzoeksinstituut van het Amerikaanse ministerie van Defensie.
Met Ara wordt het de bedoeling dat hardwarecomponenten net zo gemakkelijk gekocht kunnen worden als apps. Gebruikers kunnen bijvoorbeeld zelf een cameramodule kiezen en die later ook verwisselen voor een ander exemplaar. Het project zal waarschijnlijk ook een grote invloed hebben op andere technologische industrieën zoals 3D-printing en de productie van elektronische componenten.
Naast Eremenko werken nog twee mensen bij Google fulltime aan Ara. Ook onder andere het Massachusetts Institute of Technology en het Carnegie Mellon-instituut zijn bij het project betrokken, net als bijvoorbeeld 3D Systems, een ontwikkelaar van enorme 3D-printers die snel en gemakkelijk onderdelen kan bouwen.
Werk aan de winkel
Het Android-OS, dat Ara zal gaan aandrijven, moet wel flink op de schop genomen worden voor het in de modulaire telefoons ingezet kan worden. De huidige drivers werken immers nog niet met modulaire componenten. In december van dit jaar moet dat probleem opgelost zijn.
Het team verwacht dat het basisstuk van Ara zo’n vijf tot zes jaar zal meegaan. De andere onderdelen worden ingeplugd via elektro-permanente magneten en zullen de Unipro-standaard gebruiken om te communiceren.
Revolutie in smartphoneland
Het idee achter Ara zou wel eens een revolutie in smartphoneland teweeg kunnen brengen. In plaats van om de paar jaar een nieuwe telefoon te moeten kopen, kunnen consumenten gewoon de modules vervangen die ze beu zijn of die technologisch verouderd zijn. In het hele ecosysteem dat daarrond moet ontstaan, zal Google andere bedrijven zo veel mogelijk vrijheid geven.
In juli organiseert Google een tweede ontwikkelaarsconferentie voor Ara, in september een derde. Tegen die tijd moeten ook de meeste systeemfuncties werken. De alphaversie van de 3D-printer moet in augustus klaar zijn. Klantenondersteuning en certificering moeten tegen november geregeld worden.
Harde einddatum
Op 1 april 2015 zit Project Ara er weer op voor Eremenko. Die werkwijze komt over van Darpa, waar projecten een harde einddatum krijgen zodat alle medewerkers ernaar streven om die datum ook te halen.
De eerste modulaire Ara-telefoon van Google, waarbij je zelf gemakkelijk componenten kan vervangen, zal letterlijk en figuurlijk grijs zijn. Dat heeft Paul Eremenko van Google gezegd op een conferentie voor potentiële ontwikkelaars voor Ara.
Grijs, omdat het de bedoeling is dat gebruikers het ding compleet gaan aanpassen aan hun eigen smaak. Het basismodel moet in januari 2015 op de markt komen en rond de 50 dollar gaan kosten.
[related_article id=”158901″]
Van Darpa naar Ara
Project Ara is een van de ideeën die voortkomen uit de ATAP-divisie bij Google, Advanced Technology and Projects. ATAP, dat Google uit Motorola haalde bij de verkoop aan Lenovo, wordt geleid door Regina Dugan. Dat is een oudgediende van Darpa, het onderzoeksinstituut van het Amerikaanse ministerie van Defensie.
Met Ara wordt het de bedoeling dat hardwarecomponenten net zo gemakkelijk gekocht kunnen worden als apps. Gebruikers kunnen bijvoorbeeld zelf een cameramodule kiezen en die later ook verwisselen voor een ander exemplaar. Het project zal waarschijnlijk ook een grote invloed hebben op andere technologische industrieën zoals 3D-printing en de productie van elektronische componenten.
Naast Eremenko werken nog twee mensen bij Google fulltime aan Ara. Ook onder andere het Massachusetts Institute of Technology en het Carnegie Mellon-instituut zijn bij het project betrokken, net als bijvoorbeeld 3D Systems, een ontwikkelaar van enorme 3D-printers die snel en gemakkelijk onderdelen kan bouwen.
Werk aan de winkel
Het Android-OS, dat Ara zal gaan aandrijven, moet wel flink op de schop genomen worden voor het in de modulaire telefoons ingezet kan worden. De huidige drivers werken immers nog niet met modulaire componenten. In december van dit jaar moet dat probleem opgelost zijn.
Het team verwacht dat het basisstuk van Ara zo’n vijf tot zes jaar zal meegaan. De andere onderdelen worden ingeplugd via elektro-permanente magneten en zullen de Unipro-standaard gebruiken om te communiceren.
Revolutie in smartphoneland
Het idee achter Ara zou wel eens een revolutie in smartphoneland teweeg kunnen brengen. In plaats van om de paar jaar een nieuwe telefoon te moeten kopen, kunnen consumenten gewoon de modules vervangen die ze beu zijn of die technologisch verouderd zijn. In het hele ecosysteem dat daarrond moet ontstaan, zal Google andere bedrijven zo veel mogelijk vrijheid geven.
In juli organiseert Google een tweede ontwikkelaarsconferentie voor Ara, in september een derde. Tegen die tijd moeten ook de meeste systeemfuncties werken. De alphaversie van de 3D-printer moet in augustus klaar zijn. Klantenondersteuning en certificering moeten tegen november geregeld worden.
Harde einddatum
Op 1 april 2015 zit Project Ara er weer op voor Eremenko. Die werkwijze komt over van Darpa, waar projecten een harde einddatum krijgen zodat alle medewerkers ernaar streven om die datum ook te halen.
