Idee open data vindt ingang in België
De Federale overheidsdienst ICT (Fedict) gaat ontwikkelaars helpen om gegevens uit federale overheidsdatabanken te gebruiken in hun toepassingen. Andere beleidsniveaus beginnen later aan inspanningen.
Vincent Van Quickenborne, minister van Ondernemen in de ontslagnemende regering, besprak de kwestie van open data in de bevoegde Kamercommissie. Hij deed dat op verzoek van N-VA-kamerlid Peter Dedecker.
Open data is een concept dat uitgaat van het principe dat overheidsgegevens voor iedereen toegankelijk moeten zijn. Ook voor ontwikkelaars die de gegevens willen gebruiken in hun toepassingen. Voorbeeld is een kaart die criminaliteitscijfers van bepaalde wijken uittekent. Handig voor mensen die een huis willen kopen.
Federaal en de rest
“Ikzelf ben een voorstander van open data,” zegt Van Quickenborne, “maar uiteraard moeten er afspraken worden gemaakt over het al dan niet gebruiken in commerciële zin. Het probleem is dat de regering in lopende zaken is. Het is voor mij niet evident om ter zake initiatieven te nemen. Ik heb echter intussen toch contact gehad met Fedict om te kijken of wij desgevallend een circulaire kunnen opstellen, die wij dan zouden richten aan alle overheidsdiensten, met precies die bedoeling.”
“In de tussentijd verklaart Fedict vandaag wel dat het bereid is om elke individuele of collectieve ontwikkelaar die gebruik wil maken van data van de overheid daartoe bijstand te verlenen. In afwachting van die circulaire zullen wij ervoor zorgen dat we particuliere initiatieven, die gebruik willen maken van data van de federale overheid of overheidsdiensten, kunnen bijstaan”, aldus Van Quickenborne.
“Het probleem van open data leeft niet alleen bij de federale overheid, maar ook op het niveau van de regio’s en de Gemeenschappen, dus ook op het niveau van instanties als openbaar vervoer. Ook daar is het probleem vandaag niet opgelost. Het zou goed zijn mocht men ook op andere niveaus initiatieven nemen”, zegt de ontslagnemende minister nog.
Commercieel
Over de beperkingen voor commercieel gebruik verschillen Van Quickenborne en Peter Dedecker wel van mening. Volgens Dedecker is het niet fout dat een bedrijf geld verdient door iets creatiefs met overheidsgegevens te doen. Het is volgens hem zelfs aanmoedigenswaardig.
Van Quickenborne vindt dat we wel een onderscheid moeten maken tussen commercieel en niet-commercieel gebruik van de overheidsgegevens. “Ofwel wentelen wij de investeringen af op de belastingbetaler, ofwel op gebruikers die van de applicatie lucratief gebruikmaken”, aldus Van Quickenborne.
De Federale overheidsdienst ICT (Fedict) gaat ontwikkelaars helpen om gegevens uit federale overheidsdatabanken te gebruiken in hun toepassingen. Andere beleidsniveaus beginnen later aan inspanningen.
Vincent Van Quickenborne, minister van Ondernemen in de ontslagnemende regering, besprak de kwestie van open data in de bevoegde Kamercommissie. Hij deed dat op verzoek van N-VA-kamerlid Peter Dedecker.
Open data is een concept dat uitgaat van het principe dat overheidsgegevens voor iedereen toegankelijk moeten zijn. Ook voor ontwikkelaars die de gegevens willen gebruiken in hun toepassingen. Voorbeeld is een kaart die criminaliteitscijfers van bepaalde wijken uittekent. Handig voor mensen die een huis willen kopen.
Federaal en de rest
“Ikzelf ben een voorstander van open data,” zegt Van Quickenborne, “maar uiteraard moeten er afspraken worden gemaakt over het al dan niet gebruiken in commerciële zin. Het probleem is dat de regering in lopende zaken is. Het is voor mij niet evident om ter zake initiatieven te nemen. Ik heb echter intussen toch contact gehad met Fedict om te kijken of wij desgevallend een circulaire kunnen opstellen, die wij dan zouden richten aan alle overheidsdiensten, met precies die bedoeling.”
“In de tussentijd verklaart Fedict vandaag wel dat het bereid is om elke individuele of collectieve ontwikkelaar die gebruik wil maken van data van de overheid daartoe bijstand te verlenen. In afwachting van die circulaire zullen wij ervoor zorgen dat we particuliere initiatieven, die gebruik willen maken van data van de federale overheid of overheidsdiensten, kunnen bijstaan”, aldus Van Quickenborne.
“Het probleem van open data leeft niet alleen bij de federale overheid, maar ook op het niveau van de regio’s en de Gemeenschappen, dus ook op het niveau van instanties als openbaar vervoer. Ook daar is het probleem vandaag niet opgelost. Het zou goed zijn mocht men ook op andere niveaus initiatieven nemen”, zegt de ontslagnemende minister nog.
Commercieel
Over de beperkingen voor commercieel gebruik verschillen Van Quickenborne en Peter Dedecker wel van mening. Volgens Dedecker is het niet fout dat een bedrijf geld verdient door iets creatiefs met overheidsgegevens te doen. Het is volgens hem zelfs aanmoedigenswaardig.
Van Quickenborne vindt dat we wel een onderscheid moeten maken tussen commercieel en niet-commercieel gebruik van de overheidsgegevens. “Ofwel wentelen wij de investeringen af op de belastingbetaler, ofwel op gebruikers die van de applicatie lucratief gebruikmaken”, aldus Van Quickenborne.
