‘LimeWire verbergt geld’
Volgens de Amerikaanse muziekindustrie verbergt de oprichter van P2P-programma LimeWire geld, om te voorkomen dat hij een schadevergoeding moet betalen.
De Recording Industry Association of America (RIAA) heeft aan de Amerikaanse rechter gevraagd om de bezittingen van LimeWire en zijn oprichter Mark Gorton te bevriezen. De brancheorganisatie heeft vooral oog voor een gezamenlijke spaarrekening van Gorton en zijn vrouw en kinderen. De LimeWire-oprichter stortte daar in 2006 al zijn geld op.
LimeWire is een programma waarmee je via P2P-technologie muziek- en filmbestanden kunt uitwisselen. De dienst was de afgelopen jaren zeer populair voor illegale downloads.
Volgens de RIAA maakte LimeWire in 2006 zo’n twintig miljoen dollar omzet. Daarvan ging niets naar de muzieksector. De brancheorganisatie zegt dat Gorton probeerde zijn bezittingen te versluizen, kort nadat een Amerikaanse rechtbank enkele jaren geleden besliste dat P2P-sites wel degelijk vervolgd kunnen worden voor auteursrechtenschending.
Tegenstrijdige verklaringen
Aanvankelijk vertelde Gorton aan de advocaten van RIAA dat hij bang was dat hij persoonlijk vervolgd zou worden. Daarom heeft hij het geld getransfereerd, voor het geval hij persoonlijk moest opdraaien voor een schadevergoeding. Maar later heeft Gorton die verklaring bij de rechtbank aangepast en gaf hij andere redenen op.
De RIAA zegt dat de man nu tegenstrijdige verklaringen aflegt, en wil zijn rekening en bezittingen laten bevriezen. De advocaten van Gorton vragen dat die bevriezing wordt beperkt tot het bedrag van de winst van LimeWire. Een volledige blokkering kan er namelijk toe leiden dat er andere verplichtingen niet worden nageleefd, bijvoorbeeld andere schulden.
LimeWire verloor in mei een rechtszaak van RIAA. Het werd daarbij schuldig bevonden aan auteursrechtenschending. In een volgende zaak wordt de schadevergoeding bepaald. Experts schatten het totaalbedrag op een miljard dollar.
Volgens de Amerikaanse muziekindustrie verbergt de oprichter van P2P-programma LimeWire geld, om te voorkomen dat hij een schadevergoeding moet betalen.
De Recording Industry Association of America (RIAA) heeft aan de Amerikaanse rechter gevraagd om de bezittingen van LimeWire en zijn oprichter Mark Gorton te bevriezen. De brancheorganisatie heeft vooral oog voor een gezamenlijke spaarrekening van Gorton en zijn vrouw en kinderen. De LimeWire-oprichter stortte daar in 2006 al zijn geld op.
LimeWire is een programma waarmee je via P2P-technologie muziek- en filmbestanden kunt uitwisselen. De dienst was de afgelopen jaren zeer populair voor illegale downloads.
Volgens de RIAA maakte LimeWire in 2006 zo’n twintig miljoen dollar omzet. Daarvan ging niets naar de muzieksector. De brancheorganisatie zegt dat Gorton probeerde zijn bezittingen te versluizen, kort nadat een Amerikaanse rechtbank enkele jaren geleden besliste dat P2P-sites wel degelijk vervolgd kunnen worden voor auteursrechtenschending.
Tegenstrijdige verklaringen
Aanvankelijk vertelde Gorton aan de advocaten van RIAA dat hij bang was dat hij persoonlijk vervolgd zou worden. Daarom heeft hij het geld getransfereerd, voor het geval hij persoonlijk moest opdraaien voor een schadevergoeding. Maar later heeft Gorton die verklaring bij de rechtbank aangepast en gaf hij andere redenen op.
De RIAA zegt dat de man nu tegenstrijdige verklaringen aflegt, en wil zijn rekening en bezittingen laten bevriezen. De advocaten van Gorton vragen dat die bevriezing wordt beperkt tot het bedrag van de winst van LimeWire. Een volledige blokkering kan er namelijk toe leiden dat er andere verplichtingen niet worden nageleefd, bijvoorbeeld andere schulden.
LimeWire verloor in mei een rechtszaak van RIAA. Het werd daarbij schuldig bevonden aan auteursrechtenschending. In een volgende zaak wordt de schadevergoeding bepaald. Experts schatten het totaalbedrag op een miljard dollar.