Waarom een smartwatch een nutteloos gadget is
Ik ben een echte technologiefreak. Plak de term ‘smart’ op een gadget en stop er een chip in, en ik wil het in huis hebben. Toen een smartwatch op de redactie aankwam, de Asus Zenwatch 3, stond ik als enige te popelen om hem uit te proberen. Vreemd. Toegegeven, ik had als enige redactielid nog nooit een slim horloge rond mijn arm gedaan, maar zo slecht kunnen ze nu ook weer niet zijn, toch? Ik toonde thuis vol trots de smartwatch aan mijn vriendin. Het enthousiasme was evenwel van korte duur.
[related_article id=”211186″]Na mijn testperiode moet ik helaas toegeven dat ik dezelfde mening deel als die van mijn collega’s. Terwijl ik niet beschaamd ben om als een futuristische cyborg op straat te lopen, zie ik geen enkele reden om een smartwatch in huis te halen. Ik kan een waslijst aan problemen opsommen in de vorm van een vernietigende recensie, maar dat zou niet eerlijk zijn tegenover de fabrikant. Op papier is de Zenwatch 3 immers een van de betere smartwatches die je vandaag in huis kan halen, maar de technologie is nog veel te beperkt. Daarom neem ik in deze tekst het concept ‘smartwatch’ op de korrel.
ZenWatch 3: mijn bevindingen
Om alles in perspectief te plaatsen, deel ik kort mijn bevindingen van de ZenWatch 3. Dit horloge van Asus ziet er stijlvol uit: van ver zie je niet dat het om een smartwatch gaat. Een heuse evolutie ten opzichte van zijn voorganger, de ZenWatch 2, die een saai, nerdy rechthoekig ontwerp had. Zijn leren bandje zit comfortabel rond de arm en het horloge voelt niet te zwaar aan. Ook de metalen behuizing oogt luxueus en voelt robuust aan. Aan de rechterkant zitten drie knopjes om het horloge te bedienen. Op het bovenste knopje kan je een applicatie naar keuze vastpinnen; met het onderste knopje schakel je de ecomodus in. Dit is een soort vliegtuigmodus die de accu van je telefoon bespaart. De middelste knop vormt de hoofdtoets om je smartwatch mee te bedienen.
De ZenWatch 3 is voorzien van een 1,39 inch amoledscherm met een resolutie van 400 bij 400 pixels. Het oogt scherp en is ook buiten in het zonlicht prima afleesbaar. Dankzij een interne lichtsensor wordt de helderheid automatisch aangepast aan het licht dat aanwezig is. Ook de kijkhoek is goed en dankzij zijn IP67-certificaat kan je de smartwatch zorgeloos mee in bad nemen.
Asus stopt een eigen versie van Android Wear in zijn smartwatch: het bedrijf voorziet enkele (nutteloze) apps en meer dan 50 watchfaces. In de praktijk zijn er maar een handvol wijzerplaten waarmee je op straat wilt lopen zonder het schaamrood op de wangen te krijgen.
Waar wringt het schoentje?
Eigenlijk verdient Asus een pluim, want het ontwerp van de ZenWatch 3 is prima. Hij is comfortabel en de Snapdragon Wear 2100 is een van de betere chips voor smartwatches die momenteel voorhanden is. Tot daar het goede nieuws, want Android Wear prijkt bovenaan het lijstje van meest irritante besturingssystemen. Het mobiele besturingssysteem voelt sloom aan en het aantal bugs valt niet op één hand te tellen. Als de animaties ietwat soepel waren en de applicaties snel opstartten, kon ik dit (misschien) nog door de vingers zien, maar deze wearable haperde om de haverklap.
Om enkele voorbeelden te geven: zelfs al haalde ik hem uit de lader, verdween het oplaadvenstertje pas als ik de smartwatch rebootte. Er zijn meer applicaties die niet werken dan wel en soms trilde het horloge zonder dat daar echt een reden voor was. Telkens als ik een kleine draai aan mijn arm gaf, lichtte het scherm op en was er bijgevolg een kleine portie van mijn accu leeggezogen. Ondertussen heeft het horloge de update gemaakt naar Android Wear 2.0, die komaf maakt met vele bugs en veel stabieler draait, maar ook hier stapelen de frustraties torenhoog op.
[related_article id=”211934″]Naar wie moeten we de vinger wijzen: Asus of Google? Is de chip te zwak, of is het besturingssysteem gatenkaas? Waarschijnlijk een combinatie van beiden. In zo’n kleine behuizing is er immers maar weinig ruimte om topcomponenten in te stoppen. Meer rekenkracht vergt een betere accu, en daar is gewoon geen plaats voor. Bovendien is de accuduur nu al veel te kort. Een dag zonder opladen is luxe: ik had het telkens lastig om de avond te halen zonder naar een dood, zwart schermpje te staren. Bovendien heb je weer een apparaat in huis dat je elke nacht moet opladen. Voor het beperkte aantal functies die een smartwatch biedt, is dit de moeite niet waard.
Loze verkoopspraatjes
De hype rond de allereerste Apple Watch, talloze Kickstarter-campagnes voor smartwatches (zoals Pebble) en modebedrijven die het gadget omarmden: het hebbeding heeft vele kansen gekregen, maar slaagde er tot nog toe niet in om zijn stempel te drukken. De smartwatch is niet de essentiële wearable geworden waar scifi-liefhebbers decennialang op wachtten. Noch Samsung, Apple of Google kunnen ons overtuigen waarom we er een in huis moeten halen. Aangezien fabrikanten als LG en Motorola al de stekker uit hun smartwatchdivisie trokken, is het duidelijk dat zelfs de technologiebedrijven zelf niet meer geloven in de productcategorie. Loert de dood van de smartwatch om de hoek?
Volgens Raj Talluri, baas van Qualcomms IoT-afdeling, niet. “Ik geloof nog in de smartwatch, maar niet in zijn huidige vorm. Mensen willen een slim, dun horloge met een goede batterij dat alles kan doen wat een telefoon ook kan, maar zo werkt het niet en is het bovendien niet nuttig. Een smartwatch mag geen tweede smartphone zijn, want waarom wil je twee toestellen die hetzelfde kunnen? De industrie en de mensen moeten de tijd krijgen om te leren wat kan, wat niet kan en wat nuttig is.” Hier kan je het volledige interview lezen.
[related_article id=”215293″]Volgens Talluri zijn fitnesstrackers wel een geslaagd experiment. Die hebben minder functies, maar sluiten dichter aan bij wat zijn doelpubliek wil: hulp bij het sporten. Ze draaien bijgevolg veel soepeler, hebben een langere accuduur en zijn vooral veel goedkoper. De pure fitnesstracker heeft geen verfijnd scherm of ingebouwde gps, maar kan je koppelen aan een applicatie aan je smartphone zodat je je sportactiviteiten kan monitoren, dankzij bijvoorbeeld een ingebouwde hartslagmeter. Ze hebben alle functies die sportievelingen willen. Smartwatches daarentegen zijn op gebied van sport en dagelijkse activiteit vis noch vlees.
Reflectiemoment
Het wordt dringend tijd voor fabrikanten om hun strategie te herbekijken. Ze willen té veel met een smartwatch bereiken, maar stootten tegen zijn technische beperkingen aan. Best plaatsen fabrikanten de smartwatch even ‘on hold’ totdat ze een betere formule hebben bedacht. Eens het besturingssysteem verfijnd wordt, de accuduur opgekrikt wordt en ik een drietal redenen krijg waarom ik er een in huis moet halen, dan wil ik er nog eens eentje proberen. Nu biedt een smartwatch te weinig meerwaarde voor mij. Ik verwijs dit ‘toekomstgadget’ tijdelijk naar de prullenmand.
Ik ben een echte technologiefreak. Plak de term ‘smart’ op een gadget en stop er een chip in, en ik wil het in huis hebben. Toen een smartwatch op de redactie aankwam, de Asus Zenwatch 3, stond ik als enige te popelen om hem uit te proberen. Vreemd. Toegegeven, ik had als enige redactielid nog nooit een slim horloge rond mijn arm gedaan, maar zo slecht kunnen ze nu ook weer niet zijn, toch? Ik toonde thuis vol trots de smartwatch aan mijn vriendin. Het enthousiasme was evenwel van korte duur.
[related_article id=”211186″]Na mijn testperiode moet ik helaas toegeven dat ik dezelfde mening deel als die van mijn collega’s. Terwijl ik niet beschaamd ben om als een futuristische cyborg op straat te lopen, zie ik geen enkele reden om een smartwatch in huis te halen. Ik kan een waslijst aan problemen opsommen in de vorm van een vernietigende recensie, maar dat zou niet eerlijk zijn tegenover de fabrikant. Op papier is de Zenwatch 3 immers een van de betere smartwatches die je vandaag in huis kan halen, maar de technologie is nog veel te beperkt. Daarom neem ik in deze tekst het concept ‘smartwatch’ op de korrel.
ZenWatch 3: mijn bevindingen
Om alles in perspectief te plaatsen, deel ik kort mijn bevindingen van de ZenWatch 3. Dit horloge van Asus ziet er stijlvol uit: van ver zie je niet dat het om een smartwatch gaat. Een heuse evolutie ten opzichte van zijn voorganger, de ZenWatch 2, die een saai, nerdy rechthoekig ontwerp had. Zijn leren bandje zit comfortabel rond de arm en het horloge voelt niet te zwaar aan. Ook de metalen behuizing oogt luxueus en voelt robuust aan. Aan de rechterkant zitten drie knopjes om het horloge te bedienen. Op het bovenste knopje kan je een applicatie naar keuze vastpinnen; met het onderste knopje schakel je de ecomodus in. Dit is een soort vliegtuigmodus die de accu van je telefoon bespaart. De middelste knop vormt de hoofdtoets om je smartwatch mee te bedienen.
De ZenWatch 3 is voorzien van een 1,39 inch amoledscherm met een resolutie van 400 bij 400 pixels. Het oogt scherp en is ook buiten in het zonlicht prima afleesbaar. Dankzij een interne lichtsensor wordt de helderheid automatisch aangepast aan het licht dat aanwezig is. Ook de kijkhoek is goed en dankzij zijn IP67-certificaat kan je de smartwatch zorgeloos mee in bad nemen.
Asus stopt een eigen versie van Android Wear in zijn smartwatch: het bedrijf voorziet enkele (nutteloze) apps en meer dan 50 watchfaces. In de praktijk zijn er maar een handvol wijzerplaten waarmee je op straat wilt lopen zonder het schaamrood op de wangen te krijgen.
Waar wringt het schoentje?
Eigenlijk verdient Asus een pluim, want het ontwerp van de ZenWatch 3 is prima. Hij is comfortabel en de Snapdragon Wear 2100 is een van de betere chips voor smartwatches die momenteel voorhanden is. Tot daar het goede nieuws, want Android Wear prijkt bovenaan het lijstje van meest irritante besturingssystemen. Het mobiele besturingssysteem voelt sloom aan en het aantal bugs valt niet op één hand te tellen. Als de animaties ietwat soepel waren en de applicaties snel opstartten, kon ik dit (misschien) nog door de vingers zien, maar deze wearable haperde om de haverklap.
Om enkele voorbeelden te geven: zelfs al haalde ik hem uit de lader, verdween het oplaadvenstertje pas als ik de smartwatch rebootte. Er zijn meer applicaties die niet werken dan wel en soms trilde het horloge zonder dat daar echt een reden voor was. Telkens als ik een kleine draai aan mijn arm gaf, lichtte het scherm op en was er bijgevolg een kleine portie van mijn accu leeggezogen. Ondertussen heeft het horloge de update gemaakt naar Android Wear 2.0, die komaf maakt met vele bugs en veel stabieler draait, maar ook hier stapelen de frustraties torenhoog op.
[related_article id=”211934″]Naar wie moeten we de vinger wijzen: Asus of Google? Is de chip te zwak, of is het besturingssysteem gatenkaas? Waarschijnlijk een combinatie van beiden. In zo’n kleine behuizing is er immers maar weinig ruimte om topcomponenten in te stoppen. Meer rekenkracht vergt een betere accu, en daar is gewoon geen plaats voor. Bovendien is de accuduur nu al veel te kort. Een dag zonder opladen is luxe: ik had het telkens lastig om de avond te halen zonder naar een dood, zwart schermpje te staren. Bovendien heb je weer een apparaat in huis dat je elke nacht moet opladen. Voor het beperkte aantal functies die een smartwatch biedt, is dit de moeite niet waard.
Loze verkoopspraatjes
De hype rond de allereerste Apple Watch, talloze Kickstarter-campagnes voor smartwatches (zoals Pebble) en modebedrijven die het gadget omarmden: het hebbeding heeft vele kansen gekregen, maar slaagde er tot nog toe niet in om zijn stempel te drukken. De smartwatch is niet de essentiële wearable geworden waar scifi-liefhebbers decennialang op wachtten. Noch Samsung, Apple of Google kunnen ons overtuigen waarom we er een in huis moeten halen. Aangezien fabrikanten als LG en Motorola al de stekker uit hun smartwatchdivisie trokken, is het duidelijk dat zelfs de technologiebedrijven zelf niet meer geloven in de productcategorie. Loert de dood van de smartwatch om de hoek?
Volgens Raj Talluri, baas van Qualcomms IoT-afdeling, niet. “Ik geloof nog in de smartwatch, maar niet in zijn huidige vorm. Mensen willen een slim, dun horloge met een goede batterij dat alles kan doen wat een telefoon ook kan, maar zo werkt het niet en is het bovendien niet nuttig. Een smartwatch mag geen tweede smartphone zijn, want waarom wil je twee toestellen die hetzelfde kunnen? De industrie en de mensen moeten de tijd krijgen om te leren wat kan, wat niet kan en wat nuttig is.” Hier kan je het volledige interview lezen.
[related_article id=”215293″]Volgens Talluri zijn fitnesstrackers wel een geslaagd experiment. Die hebben minder functies, maar sluiten dichter aan bij wat zijn doelpubliek wil: hulp bij het sporten. Ze draaien bijgevolg veel soepeler, hebben een langere accuduur en zijn vooral veel goedkoper. De pure fitnesstracker heeft geen verfijnd scherm of ingebouwde gps, maar kan je koppelen aan een applicatie aan je smartphone zodat je je sportactiviteiten kan monitoren, dankzij bijvoorbeeld een ingebouwde hartslagmeter. Ze hebben alle functies die sportievelingen willen. Smartwatches daarentegen zijn op gebied van sport en dagelijkse activiteit vis noch vlees.
Reflectiemoment
Het wordt dringend tijd voor fabrikanten om hun strategie te herbekijken. Ze willen té veel met een smartwatch bereiken, maar stootten tegen zijn technische beperkingen aan. Best plaatsen fabrikanten de smartwatch even ‘on hold’ totdat ze een betere formule hebben bedacht. Eens het besturingssysteem verfijnd wordt, de accuduur opgekrikt wordt en ik een drietal redenen krijg waarom ik er een in huis moet halen, dan wil ik er nog eens eentje proberen. Nu biedt een smartwatch te weinig meerwaarde voor mij. Ik verwijs dit ‘toekomstgadget’ tijdelijk naar de prullenmand.