Hoe Playboy heeft bijgedragen aan de JPEG-standaard
Na het overlijden van Hugh Hefner afgelopen woensdag op 91-jarige leeftijd, stroomt het internet over van artikels die terugblikken op zijn leven en zijn belangrijkste nalatenschap, het mannenblad Playboy. Eén van de opvallendste verhalen draait rond het bestverkochte Playboy-nummer ooit: de novembereditie van 1972 met het Zweedse model Lena Söderberg als centerfold.
Het nummer won aan populariteit nadat één van de foto’s van Söderberg werd gebruikt als testbeeld tijdens de creatie van de wijdverspreide beeldcompressiestandaarden JPEG en MPEG. De foto werd sindsdien één van de meestgebruikte beelden voor het testen van nieuwe beeldverwerkingsalgoritmes en leverde de Zweedse zelfs de titel op van “First Lady of the Internet”.
Het verhaal werd gepubliceerd in een nieuwsbrief van het Institute of Electrical and Electronics Engineers en gaat terug naar de zomer van 1973. Een team ingenieurs van het Signal and Image Processing Institute aan de University of South California was op zoek naar een nieuwe foto om in te scannen voor de onderzoekspaper van een collega. Ze waren op zoek naar een glossy foto, bij voorkeur met een menselijk gezicht op, en zagen hun wensen beantwoord wanneer een werknemer het lab binnenwandelde met een exemplaar van het novembernummer van Playboy uit 1972.
Op de cover stond Pamela Rawlings, maar de onderzoekers opteerden in de plaats voor de kleurrijkere centerfold van Lena Söderberg. Om het beeld Safe For Work te houden – en omdat hun scanner niet groot genoeg was – maakten ze een uitsnede van de foto, zodat alleen het gezicht en de schouder van Söderberg zichtbaar was.
Het doel van de ondezoekers was om een digitale afbeelding van 512×512 pixels te produceren met een resolutie van 100 lijnen per inch. Ze gebruikten daarvoor een Muirhead-scanner die werd uiterust met analoog-naar-digitaal converters voor rood, groen en blauw. De drie sets van 512 gekleurde lijnen die samen het digitale beeld maakten, werden uiteindelijk de standaard voor digitale beeldverwerking en -compressie, en plaveiden de weg voor moderne digitale communicatie en het internet zoals we dat vandaag kennen.
Andere onderzoekers begonnen hun eigen algoritmes tegenover dat van SIPI te testen met dezelfde foto, waardoor het beeld steeds verder verspreid raakte en tot vandaag nog altijd als benchmark wordt gebruikt. De foto werd evenwel zonder toestemming van Playboy verspreid, wat begin jaren negentig leidde tot een auteursrechtgeschil dat uiteindelijk informeel werd afgehandeld.
Het novembernummer van 1972 is met 7,16 miljoen verkochte exemplaren de bestverkochte uitgave van Playboy tot nu toe en heeft Söderberg de status van een rockster gegeven in de wereld van de computerwetenschap. In 1997 woonde ze een conferentie van de Society for Imaging Science and Technology bij, waar ze handtekeningen mocht uitdelen aan het aanwezige publiek.
In recente jaren is de afbeelding evenwel wat in ongenade gevallen. Sommigen beschouwen de foto als een symbool voor seksisme en vinden dat de foto de boodschap uitdraagt dat vrouwen niet thuishoren in de door mannen gedomineerde wereld van computerwetenschappen.
Na het overlijden van Hugh Hefner afgelopen woensdag op 91-jarige leeftijd, stroomt het internet over van artikels die terugblikken op zijn leven en zijn belangrijkste nalatenschap, het mannenblad Playboy. Eén van de opvallendste verhalen draait rond het bestverkochte Playboy-nummer ooit: de novembereditie van 1972 met het Zweedse model Lena Söderberg als centerfold.
Het nummer won aan populariteit nadat één van de foto’s van Söderberg werd gebruikt als testbeeld tijdens de creatie van de wijdverspreide beeldcompressiestandaarden JPEG en MPEG. De foto werd sindsdien één van de meestgebruikte beelden voor het testen van nieuwe beeldverwerkingsalgoritmes en leverde de Zweedse zelfs de titel op van “First Lady of the Internet”.
Het verhaal werd gepubliceerd in een nieuwsbrief van het Institute of Electrical and Electronics Engineers en gaat terug naar de zomer van 1973. Een team ingenieurs van het Signal and Image Processing Institute aan de University of South California was op zoek naar een nieuwe foto om in te scannen voor de onderzoekspaper van een collega. Ze waren op zoek naar een glossy foto, bij voorkeur met een menselijk gezicht op, en zagen hun wensen beantwoord wanneer een werknemer het lab binnenwandelde met een exemplaar van het novembernummer van Playboy uit 1972.
Op de cover stond Pamela Rawlings, maar de onderzoekers opteerden in de plaats voor de kleurrijkere centerfold van Lena Söderberg. Om het beeld Safe For Work te houden – en omdat hun scanner niet groot genoeg was – maakten ze een uitsnede van de foto, zodat alleen het gezicht en de schouder van Söderberg zichtbaar was.
Het doel van de ondezoekers was om een digitale afbeelding van 512×512 pixels te produceren met een resolutie van 100 lijnen per inch. Ze gebruikten daarvoor een Muirhead-scanner die werd uiterust met analoog-naar-digitaal converters voor rood, groen en blauw. De drie sets van 512 gekleurde lijnen die samen het digitale beeld maakten, werden uiteindelijk de standaard voor digitale beeldverwerking en -compressie, en plaveiden de weg voor moderne digitale communicatie en het internet zoals we dat vandaag kennen.
Andere onderzoekers begonnen hun eigen algoritmes tegenover dat van SIPI te testen met dezelfde foto, waardoor het beeld steeds verder verspreid raakte en tot vandaag nog altijd als benchmark wordt gebruikt. De foto werd evenwel zonder toestemming van Playboy verspreid, wat begin jaren negentig leidde tot een auteursrechtgeschil dat uiteindelijk informeel werd afgehandeld.
Het novembernummer van 1972 is met 7,16 miljoen verkochte exemplaren de bestverkochte uitgave van Playboy tot nu toe en heeft Söderberg de status van een rockster gegeven in de wereld van de computerwetenschap. In 1997 woonde ze een conferentie van de Society for Imaging Science and Technology bij, waar ze handtekeningen mocht uitdelen aan het aanwezige publiek.
In recente jaren is de afbeelding evenwel wat in ongenade gevallen. Sommigen beschouwen de foto als een symbool voor seksisme en vinden dat de foto de boodschap uitdraagt dat vrouwen niet thuishoren in de door mannen gedomineerde wereld van computerwetenschappen.