Vingerspitstechnologie: technologie voor blinden en slechtzienden
Mensen met een visuele beperking zijn niet zo hulpeloos als we wel eens denken. Ze weten perfect hun plan te trekken en gebruiken hiervoor vele technologische hulpmiddeltjes. Vele dagdagelijkse handelingen zijn voor ons immers zo vanzelfsprekend, dat we nooit stilstaan bij hoe dit gaat bij blinde en slechtziende personen. Technologie gaat met sprongen vooruit, en dat geldt ook voor de BrailleTech.
iPhone superieur
De Belgische Brailleliga stelde dit jaar reeds voor de 16e keer tentoon welke hulmiddelen er beschikbaar zijn voor mensen die (gedeeltelijk) hun zicht verloren. Deze beurs heet heel toepasselijk BrailleTech. Vaak gaat het om ingenieuze toepassingen die zo vanzelfsprekend zijn dat we er zelf niet bij stilstaan. Zo is bijvoorbeeld de meest gebruikte telefoon door blinde en slechtziende personen geen traditionele ‘feature phone’ die veel feedback geeft, maar wel een iPhone die nog veel meer feedback geeft.
Het is een onverwacht antwoord dat we krijgen van Joos Vander Elst, een begeleider bij de Brailleliga die dagelijks bezig is met technologie voor blinde en slechtziende personen. Zo’n oude telefoon met toetsen is nochtans voorzien van bobbeltjes die moeten aangeven welke toets je aanraakt, denk bijvoorbeeld aan de toets met cijfer 5 op een vaste telefoon. Een iPhone heeft een touchscreen, wat het aanvoelen al heel wat moeilijker maakt, maar die kan wel tegen je praten. Daarenboven steekt Siri al een serieuze hand toe.
Voor deze groep mensen is de dialoog met de telefoon echter nog niet het innovatieve deel waar ik op doelde. Wel heb ik het dan over de vele geniale apps die stilaan de kop opsteken.
Feedback
Ik kreeg een kleine demonstratie van Maurice Sleuwaegen, een jongeman die twee jaar geleden een groot deel van zijn zicht verloor. Hij toont mij hoe hij omgaat met zijn iPhone. Dat gaat verbazingwekkend vlot. Elke smartphone heeft tegenwoordig de mogelijkheid om te praten en zo mensen met een visuele beperking op weg te helpen, maar Maurice vertrouwt me toe dat Apple op dit vlak toch wel mijlenver voor zit op de concurrentie. Android heeft het dus wel, maar zo goed als Apple zijn ze op dat vlak nog niet.
Wanneer hij door zijn smartphone scrollt, begeleidt een Nederlandse stem hem in sneltempo door de icoontjes op zijn scherm. “De eerste drie maanden werd ik gek van de stem en hoe lang ik soms moest zoeken, maar gaandeweg werd ik het gewoon en kon ik het tempo hoger zetten”, zegt Maurice. Zijn iPhone zegt hem werkelijk alles: welke app hij aanraakt, in welk menuscherm hij zit en welke letter hij wil intypen in een tekstbericht.
“Typen gaat traag, dus meestal stuur ik enkel korte berichten”, zegt Maurice, “maar dankzij deze smartphone heb ik opnieuw contact kunnen zoeken met mensen die ik niet zo vaak zie”. We staan er niet bij stil hoezeer we vertrouwen op onze ogen om ons ergens te brengen, maar evengoed om ons in verbinding te houden met onze goede vrienden die we niet al te vaak meer zien. De populaire zegswijze ‘uit het oog, uit het hart’ snijdt voor sommige mensen eens zo diep.
(ver)Duister(d)e berichten
Wanneer Maurice op de trein of de bus zit, gebruikt hij oortjes. Wil hij zeker zijn dat niemand meeleest, dan kan hij met een tik het scherm uitschakelen. Wil Maurice toch eens langere berichten sturen of surfen op het internet, dan haalt hij zijn brailleregel boven. Het ding lijkt een beetje op een standaard bluetoothtoetsenbord, maar met braille in de plaats van letters en enkele knoppen bovenaan die dienen als snelkoppelingen. Maurice heeft gekozen voor een regel met 40 braillecellen, wat overeenkomt met 40 tekens: letters of spaties.
Braille werd in 1829 ‘uitgevonden’ door de Franse Louis Braille om blinde en slechtziende personen te helpen bij het lezen van documenten, teksten en zelfs boeken. Het is een ingenieus systeem dat desalniettemin verschrikkelijk moeilijk is om onder de knie te krijgen. Ook Maurice worstelt er nog steeds erg mee. De toepassing om een draagbare brailleregel stelt hem niettemin in staat om overal waar hij gaat te communiceren. Deze regels zijn te vinden in verschillende formaten, van 12 cellen tot 80 cellen. Er is geen gouden regel over welke de beste is; alles hangt af van de voorkeur van de gebruiker.
Applicaties
Naast geschikte hardware, voorziet een smartphone mensen met visuele beperking ook van aangepaste software: applicaties die hen bijstaan. Zo is er bijvoorbeeld de app TapTapSee, waarbij iemand een afbeelding kan doorsturen naar een server, die hen dan vertelt wat er op de foto te zien is. Meestal heb je binnen de 30 seconden een antwoord. Een ander voorbeeld is BeMyEyes, waarbij een vrijwilliger in real-time door je camera kan kijken, een soort Skype. Dat is handig voor mensen die verdwaald zijn en een helpende hand kunnen gebruiken.
TapTapSee heeft Maurice al enkele malen gebruikt, voornamelijk om te proberen. BeMyEyes heeft hij nog niet durven gebruiken. “Je pikt toch iemand zijn tijd in, terwijl die misschien net iemand anders kon helpen die het wel echt nodig heeft.” Deze apps zijn evenwel niet helemaal gratis. Bij TapTapSee krijg je bijvoorbeeld 100 gratis foto’s, daarna moet je er bijkopen. Dit komt omdat de ontwikkelaars software gebruiken die ze moeten inkopen. 50 foto’s kan je kopen voor 5 euro, voor 8 euro krijg je er honderd en voor 10 euro krijg je een ongelimiteerd maandabonnement.
Ook BlindSquare heeft een geniaal uitgangspunt: Foursquare voor de blinde medemens. Helaas heb je ook hier een internetverbinding voor nodig. De drie apps die we hier hebben genoemd zijn immers niet te gebruiken zonder een verbinding met servers en vrijwilligers. We kunnen niet ontkennen dat ze uitermate handig zijn, maar ook internet kost geld.
Help jezelf
Naast interactieve applicaties zijn er ook enkele die gebruikt kunnen worden zonder internetverbinding. Niet iedereen heeft immers ettelijke gigabytes in zijn mobiele abonnement zitten. Joos noemt bijvoorbeeld Voice Dream om teksten, e-mails en andere documenten voor te lezen. Dragon Dictation kan je dan weer gebruiken om berichten op te stellen met spraak.
Net als in de echte wereld gaat in de applicatiewereld veel aandacht naar manieren om makkelijker te kunnen lezen. Voor zij die nog beschikken over een deel van hun zicht zijn er apps als BrighterBigger. Deze laat je smartphone fungeren als een loep en helpt niet alleen om woorden te vergroten, maar ook om lezen te vergemakkelijken door een feller scherm. Ook blinden kunnen teksten ‘lezen’ met een app als KNFB Reader, die geschreven tekst kan scannen en omzetten naar digitale tekens. Op die manier kan je luisteren naar wat er geschreven staat.
Gebruiken wat je hebt
De brailleliga leert mensen niet alleen omgaan met hun visuele beperking, ze leren hen ook meedraaien in de technologische maatschappij. Mensen als Maurice doen er vaak lang over om braille te leren, omdat ze het weinige zicht dat ze behouden, zoveel mogelijk willen aanspreken. Daarom zijn de meest aangeboden technologische hulpmiddelen loepen. De hoogtechnologische vergrootglazen zijn er in alle soorten en maten. Vaak bestaan ze uit een plateau waar je een krant, foto of magazine op legt, dat dan door een HD-camera wordt vergroot en weergegeven op een groot scherm, of op een computerscherm.
Ook daar bestaan trends in: terwijl de meeste loepen grote en logge toestellen zijn, worden de nieuwste modellen steeds compacter en draagbaarder. Voor de reiziger zijn er ook mobiele toestellen beschikbaar die in je jaszak passen. Dat zijn dan in essentie traditionele vergrootglazen, maar dan met een touchscreen.
Workshops
De brailleliga helpt blinde en slechtziende personen ook na hun aankoop verder: in verschillende workshops leren ze hen omgaan met de toestellen. Zo zijn er bijvoorbeeld geregeld workshops om te leren omgaan met een iPad. De beurs is bovendien niet enkel open voor mensen met een visuele beperking; ook naasten, leerkrachten en mensen die op professionele basis te maken krijgen met blinde en slechtziende personen zijn van harte welkom.
Deelnemers aan deze workshops zijn voornamelijk 65-plussers. Leren omgaan met nieuwe technologie is voor mensen in deze leeftijdscategorie sowieso al geen sinecure, een beetje extra hulp is dan ook welkom. “Dit jaar zijn we gestart met deze workshops voor beginners. We zijn naar verschillende grote steden getrokken en hebben daar een hele dag gewerkt rond iPads. In de voormiddag blinde mensen, in de namiddag slechtziende personen,” vertelt Joos.
Het is de bedoeling dat in 2016 workshops gegeven worden die zich richten op iets gevorderde gebruikers. “We zijn dit project nog maar aan het opstarten en kunnen niet overal tegelijk zijn.” Vanaf volgend jaar is het de bedoeling om een soort kenniscentrum op te richten, bemand door blinde en slechtziende personen die anderen kunnen helpen.
Alt tags
Mensen met visuele beperkingen leren omgaan met technologie is stap één. Stap twee is het voorzien van aangepaste infrastructuur. Momenteel werkt die tweede stap de eerste nog steeds erg hard tegen. In de echte wereld is het makkelijk rekening te houden met iemand met zo’n beperking, aangezien die fysiek merkbaar is, maar in de digitale wereld moet er nog veel verbeteren. Eén van de grootste problemen op het internet van vandaag zit in de zogenaamde alt tags.
Deze tags vergezellen afbeeldingen op websites en bevatten een beschrijving van wat er op een webpagina te zien is. Als een persoon met een visuele beperking dan zo’n foto aanklikt, krijgt hij te horen wat er op de foto staat. Het probleem is niet dat grappenmakers bij een foto van een paard de tags ‘katten op een tafel’ of ‘hond in het water’ schrijven; het probleem is dat haast niemand zich bezighoudt met het invullen van die tags.
Moeilijke structuren
Naast het probleem van de alt tags is er ook het probleem van de structuren die veel websites gebruiken. Een blinde of slechtziende persoon is voor het navigeren namelijk volledig afhankelijk van de stem- en braillebegeleiding. Maar vooraleer die aan de inhoud van een webpagina begint, loopt die telkens eerst alle menu’s af. Een hel voor computergebruikers zonder geduld. “Op een webpagina staat heel veel informatie. Je loopt er dan ook snel verloren,” zegt Joos.
“Een deel van de oplossing is om de mobiele webpagina te bezoeken, die is vaak te bereiken door een ‘m’ voor de url te zetten”. De invoering van HTML5, die webpagina’s automatisch aanpast aan de grootte van het scherm, bleek echter al een goede hulp. De mobiele website van de Brailleliga ziet er erg ordelijk uit. “Wij moeten dan ook het goeie voorbeeld geven,” meent Joos, “als wij het al niet doen…”.
Mensen met een visuele beperking zijn niet zo hulpeloos als we wel eens denken. Ze weten perfect hun plan te trekken en gebruiken hiervoor vele technologische hulpmiddeltjes. Vele dagdagelijkse handelingen zijn voor ons immers zo vanzelfsprekend, dat we nooit stilstaan bij hoe dit gaat bij blinde en slechtziende personen. Technologie gaat met sprongen vooruit, en dat geldt ook voor de BrailleTech.
iPhone superieur
De Belgische Brailleliga stelde dit jaar reeds voor de 16e keer tentoon welke hulmiddelen er beschikbaar zijn voor mensen die (gedeeltelijk) hun zicht verloren. Deze beurs heet heel toepasselijk BrailleTech. Vaak gaat het om ingenieuze toepassingen die zo vanzelfsprekend zijn dat we er zelf niet bij stilstaan. Zo is bijvoorbeeld de meest gebruikte telefoon door blinde en slechtziende personen geen traditionele ‘feature phone’ die veel feedback geeft, maar wel een iPhone die nog veel meer feedback geeft.
Het is een onverwacht antwoord dat we krijgen van Joos Vander Elst, een begeleider bij de Brailleliga die dagelijks bezig is met technologie voor blinde en slechtziende personen. Zo’n oude telefoon met toetsen is nochtans voorzien van bobbeltjes die moeten aangeven welke toets je aanraakt, denk bijvoorbeeld aan de toets met cijfer 5 op een vaste telefoon. Een iPhone heeft een touchscreen, wat het aanvoelen al heel wat moeilijker maakt, maar die kan wel tegen je praten. Daarenboven steekt Siri al een serieuze hand toe.
Voor deze groep mensen is de dialoog met de telefoon echter nog niet het innovatieve deel waar ik op doelde. Wel heb ik het dan over de vele geniale apps die stilaan de kop opsteken.
Feedback
Ik kreeg een kleine demonstratie van Maurice Sleuwaegen, een jongeman die twee jaar geleden een groot deel van zijn zicht verloor. Hij toont mij hoe hij omgaat met zijn iPhone. Dat gaat verbazingwekkend vlot. Elke smartphone heeft tegenwoordig de mogelijkheid om te praten en zo mensen met een visuele beperking op weg te helpen, maar Maurice vertrouwt me toe dat Apple op dit vlak toch wel mijlenver voor zit op de concurrentie. Android heeft het dus wel, maar zo goed als Apple zijn ze op dat vlak nog niet.
Wanneer hij door zijn smartphone scrollt, begeleidt een Nederlandse stem hem in sneltempo door de icoontjes op zijn scherm. “De eerste drie maanden werd ik gek van de stem en hoe lang ik soms moest zoeken, maar gaandeweg werd ik het gewoon en kon ik het tempo hoger zetten”, zegt Maurice. Zijn iPhone zegt hem werkelijk alles: welke app hij aanraakt, in welk menuscherm hij zit en welke letter hij wil intypen in een tekstbericht.
“Typen gaat traag, dus meestal stuur ik enkel korte berichten”, zegt Maurice, “maar dankzij deze smartphone heb ik opnieuw contact kunnen zoeken met mensen die ik niet zo vaak zie”. We staan er niet bij stil hoezeer we vertrouwen op onze ogen om ons ergens te brengen, maar evengoed om ons in verbinding te houden met onze goede vrienden die we niet al te vaak meer zien. De populaire zegswijze ‘uit het oog, uit het hart’ snijdt voor sommige mensen eens zo diep.
(ver)Duister(d)e berichten
Wanneer Maurice op de trein of de bus zit, gebruikt hij oortjes. Wil hij zeker zijn dat niemand meeleest, dan kan hij met een tik het scherm uitschakelen. Wil Maurice toch eens langere berichten sturen of surfen op het internet, dan haalt hij zijn brailleregel boven. Het ding lijkt een beetje op een standaard bluetoothtoetsenbord, maar met braille in de plaats van letters en enkele knoppen bovenaan die dienen als snelkoppelingen. Maurice heeft gekozen voor een regel met 40 braillecellen, wat overeenkomt met 40 tekens: letters of spaties.
Braille werd in 1829 ‘uitgevonden’ door de Franse Louis Braille om blinde en slechtziende personen te helpen bij het lezen van documenten, teksten en zelfs boeken. Het is een ingenieus systeem dat desalniettemin verschrikkelijk moeilijk is om onder de knie te krijgen. Ook Maurice worstelt er nog steeds erg mee. De toepassing om een draagbare brailleregel stelt hem niettemin in staat om overal waar hij gaat te communiceren. Deze regels zijn te vinden in verschillende formaten, van 12 cellen tot 80 cellen. Er is geen gouden regel over welke de beste is; alles hangt af van de voorkeur van de gebruiker.
Applicaties
Naast geschikte hardware, voorziet een smartphone mensen met visuele beperking ook van aangepaste software: applicaties die hen bijstaan. Zo is er bijvoorbeeld de app TapTapSee, waarbij iemand een afbeelding kan doorsturen naar een server, die hen dan vertelt wat er op de foto te zien is. Meestal heb je binnen de 30 seconden een antwoord. Een ander voorbeeld is BeMyEyes, waarbij een vrijwilliger in real-time door je camera kan kijken, een soort Skype. Dat is handig voor mensen die verdwaald zijn en een helpende hand kunnen gebruiken.
TapTapSee heeft Maurice al enkele malen gebruikt, voornamelijk om te proberen. BeMyEyes heeft hij nog niet durven gebruiken. “Je pikt toch iemand zijn tijd in, terwijl die misschien net iemand anders kon helpen die het wel echt nodig heeft.” Deze apps zijn evenwel niet helemaal gratis. Bij TapTapSee krijg je bijvoorbeeld 100 gratis foto’s, daarna moet je er bijkopen. Dit komt omdat de ontwikkelaars software gebruiken die ze moeten inkopen. 50 foto’s kan je kopen voor 5 euro, voor 8 euro krijg je er honderd en voor 10 euro krijg je een ongelimiteerd maandabonnement.
Ook BlindSquare heeft een geniaal uitgangspunt: Foursquare voor de blinde medemens. Helaas heb je ook hier een internetverbinding voor nodig. De drie apps die we hier hebben genoemd zijn immers niet te gebruiken zonder een verbinding met servers en vrijwilligers. We kunnen niet ontkennen dat ze uitermate handig zijn, maar ook internet kost geld.
Help jezelf
Naast interactieve applicaties zijn er ook enkele die gebruikt kunnen worden zonder internetverbinding. Niet iedereen heeft immers ettelijke gigabytes in zijn mobiele abonnement zitten. Joos noemt bijvoorbeeld Voice Dream om teksten, e-mails en andere documenten voor te lezen. Dragon Dictation kan je dan weer gebruiken om berichten op te stellen met spraak.
Net als in de echte wereld gaat in de applicatiewereld veel aandacht naar manieren om makkelijker te kunnen lezen. Voor zij die nog beschikken over een deel van hun zicht zijn er apps als BrighterBigger. Deze laat je smartphone fungeren als een loep en helpt niet alleen om woorden te vergroten, maar ook om lezen te vergemakkelijken door een feller scherm. Ook blinden kunnen teksten ‘lezen’ met een app als KNFB Reader, die geschreven tekst kan scannen en omzetten naar digitale tekens. Op die manier kan je luisteren naar wat er geschreven staat.
Gebruiken wat je hebt
De brailleliga leert mensen niet alleen omgaan met hun visuele beperking, ze leren hen ook meedraaien in de technologische maatschappij. Mensen als Maurice doen er vaak lang over om braille te leren, omdat ze het weinige zicht dat ze behouden, zoveel mogelijk willen aanspreken. Daarom zijn de meest aangeboden technologische hulpmiddelen loepen. De hoogtechnologische vergrootglazen zijn er in alle soorten en maten. Vaak bestaan ze uit een plateau waar je een krant, foto of magazine op legt, dat dan door een HD-camera wordt vergroot en weergegeven op een groot scherm, of op een computerscherm.
Ook daar bestaan trends in: terwijl de meeste loepen grote en logge toestellen zijn, worden de nieuwste modellen steeds compacter en draagbaarder. Voor de reiziger zijn er ook mobiele toestellen beschikbaar die in je jaszak passen. Dat zijn dan in essentie traditionele vergrootglazen, maar dan met een touchscreen.
Workshops
De brailleliga helpt blinde en slechtziende personen ook na hun aankoop verder: in verschillende workshops leren ze hen omgaan met de toestellen. Zo zijn er bijvoorbeeld geregeld workshops om te leren omgaan met een iPad. De beurs is bovendien niet enkel open voor mensen met een visuele beperking; ook naasten, leerkrachten en mensen die op professionele basis te maken krijgen met blinde en slechtziende personen zijn van harte welkom.
Deelnemers aan deze workshops zijn voornamelijk 65-plussers. Leren omgaan met nieuwe technologie is voor mensen in deze leeftijdscategorie sowieso al geen sinecure, een beetje extra hulp is dan ook welkom. “Dit jaar zijn we gestart met deze workshops voor beginners. We zijn naar verschillende grote steden getrokken en hebben daar een hele dag gewerkt rond iPads. In de voormiddag blinde mensen, in de namiddag slechtziende personen,” vertelt Joos.
Het is de bedoeling dat in 2016 workshops gegeven worden die zich richten op iets gevorderde gebruikers. “We zijn dit project nog maar aan het opstarten en kunnen niet overal tegelijk zijn.” Vanaf volgend jaar is het de bedoeling om een soort kenniscentrum op te richten, bemand door blinde en slechtziende personen die anderen kunnen helpen.
Alt tags
Mensen met visuele beperkingen leren omgaan met technologie is stap één. Stap twee is het voorzien van aangepaste infrastructuur. Momenteel werkt die tweede stap de eerste nog steeds erg hard tegen. In de echte wereld is het makkelijk rekening te houden met iemand met zo’n beperking, aangezien die fysiek merkbaar is, maar in de digitale wereld moet er nog veel verbeteren. Eén van de grootste problemen op het internet van vandaag zit in de zogenaamde alt tags.
Deze tags vergezellen afbeeldingen op websites en bevatten een beschrijving van wat er op een webpagina te zien is. Als een persoon met een visuele beperking dan zo’n foto aanklikt, krijgt hij te horen wat er op de foto staat. Het probleem is niet dat grappenmakers bij een foto van een paard de tags ‘katten op een tafel’ of ‘hond in het water’ schrijven; het probleem is dat haast niemand zich bezighoudt met het invullen van die tags.
Moeilijke structuren
Naast het probleem van de alt tags is er ook het probleem van de structuren die veel websites gebruiken. Een blinde of slechtziende persoon is voor het navigeren namelijk volledig afhankelijk van de stem- en braillebegeleiding. Maar vooraleer die aan de inhoud van een webpagina begint, loopt die telkens eerst alle menu’s af. Een hel voor computergebruikers zonder geduld. “Op een webpagina staat heel veel informatie. Je loopt er dan ook snel verloren,” zegt Joos.
“Een deel van de oplossing is om de mobiele webpagina te bezoeken, die is vaak te bereiken door een ‘m’ voor de url te zetten”. De invoering van HTML5, die webpagina’s automatisch aanpast aan de grootte van het scherm, bleek echter al een goede hulp. De mobiele website van de Brailleliga ziet er erg ordelijk uit. “Wij moeten dan ook het goeie voorbeeld geven,” meent Joos, “als wij het al niet doen…”.